78 18. Mr. Willem Aarnout de Beteren kreeg volgens cle rekening van 1770 £183:6:8 voor //12 maanden traktement van den tweeden pensionaris dezer stadt, nu voor den derden secretaris geaffecteerd tot tijd en wylen als by resolutie ten Bade van 15 en 17 Maart 1770 bepaald is", sedert 17 Maart 1770. Hij werd eerste pensionaris op eene gelijke jaarwedde volgens de rekening van 1782-, die uitbetaald werd tot den '24 Januari 1786, toen hij secretaris van 't land (de Pro vincie) werd. 19. Mr. Jacob Hendrik Schorer was tweede pensionaris sedert den 17 November 1781 op eene jaarwedde van £183: 6:8, en eerste van den 17 Maart 1786 tot den 28 Mei 1795, //tyde wanneer zijn demissie bekomen heeft". 20. Mr. P. Ermerins, tweede pensionaris van 1 April 1786 tot 1 Juli 1787. 21. Mr. J. C. de Munck, alsboven van 29 December 1787 tot zijn ontslag op 11 Pebruari 1795. 22. Mr. J. H. Appeliüs, alsboven gedurende drie maan den en twaalf dagen tot den 28 Mei 1795, //tyde hy is ont slagen". SECRETARISSEN. 1. Mr. Marcus de la Palma de Sint Euentgs was eerste secretaris en had eene jaarwedde van 91 13 4 benevens eene extraordinaire jaarwedde van 41 13 4 uit de stuiver te van de vendumeesters. Het laatst werd zijne wedde betaald aan zijne weduwe tot 9 September 1702. In de Afgeperste ver an tw oor dinge voor de wettige regeringe der stad Middelburghdoor Mr. C. Versluys, leest men: //bly- vende den secretaris de la Palma soo ontstelt ende vol al teratie, dat hy na die tijd de straet niet meer betreden heeft". Dit had plaats bij gelegenheid der samenkomst vau den krijgs raad in het Schuttershof, waar Daniël Eannius binnenkwam en //met impertinentie en overvloed van woorden" sprak.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 692