82
als oud-griffier, hetgeen voortduurde tot 24 September 1807:
rekening 1808.
Zeger van de Yelde volgde hem op en genoot traktement
tot 31 December 1810.
Verscheidene personen waren met den rang van tweeden
derden en vierden klerk werkzaam en vonden daar blijkbaar
eene eerste sport op den maatschappelijk en ladder. Ik tee-
kende daarvan aan
J. Egmond Austen, tweede klerk 1729.
Louis Schovel, tweede klerk 1731.
Abraham Cocquelle, tweede klerk 1739.
Jacobus Moennicxderde klerk 1750.
Paulus Hendrik Securius, vierde klerk 1750.
THESAURIE.
Jon an van Miggrode had als griffier eene jaarwedde van
100 benevens 25 voor het stellen en schrijven der groote
stadsrekening. Hij overleed den 28 November 1714.
Anthonie Duvelaer, te voren tweede, werd den 12 Maart
1715 eerste griffier en bleef als zoodanig in dienst tot 12
Maart 1721.
Samuël Radermaoher werd tweede griffier 1715, op eene
jaarwedde van 50, die tot 83 6 8 werd verhoogd,
1716.
Johan Cornelts Radermacher werd tweede griffier 1721,
werd eerste den 21 Juni 1721 en bleef in dienst tot den
3 Maart 1731, toen hij afstand deed.
Adriaan Beeckman werd tweede griffier 1724 en eerste
den 15 Maart 1732. Hij overleed 1766. Hij kreeg 33
6 8 //als een douceur wegens vijfentwintigjarigen dienst
en andere extraordinaire moeitens", 1750.
Johan Anthonie Radaeus was tweede griffier sedert 22
Maart 1732 en eerste sedert 22 Juni 1734. Zijne bezoldiging