308 liet verbreeden en lammersering van den voors. orgel", 1705. Voor beeldsnijderswerk komt 57 en voor goud om te ver gulden ongeveer 80 in uitgaaf, 1707. Jacobus de Iïonink kreeg voor liet schilderen 68 15 5Franciscus van Hooghstraten en Philip van Dijk //over het schilderen van de portretten aen de cleene deuren van den orgel" 34 Anthony van Dam 68 10 //in plaats van 86 3 8 over diverse doecken en schilderen van de deuren met wapenen aen den orgel in a" 1707 en 1708"; Jan Bodeson £42:10 voor het schilderen van de deuren; Abraham de Coup 4: 3:4, voor het helpen visiteeren en examineeren1708; Jacob Kool 25 voor een //generaal klavier", 1709. Zie verder over het orgel na den brand hierachter. In de rekening van 1712 komt een hoofdstuk voor: //On kosten over 't afbranden van den Abdietoren op den 1 Augusti 1712 mitsgaders het dack van de choorkerck", tot f 1529 6 6 1713 bedraagt dit. n 3147 15 10 1714 8134 18 2 1715 6328 9 10 1716 3410 16 1 1717 8.33 18 3 1718 1230 19 11 1719 294 13 8 24910 18 .3 Dit is evenwel niet het juiste bedrag der kosten, want zooals hierna blijken zal, komen ook in andere hoofdstukken enkele uitgaven voor. Ik teekende omtrent deze zaak het navolgende aan. Aan de vier brandmeesters van de spuiten A en B van Ylissingen werd voor ieder zes rijksdaalders betaald en aan ieder hunner manschappen een rijksdaalder //over de adsistentie gedaan in 't blusschen van den brant der Abdietoren, met de Nieuwe en Ckoorkercke, op 1° Aug. door den blixem veroor- saeckt," 46 15. De wede van Jan Oraye kreeg 8 10

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 722