179
de la Palma (uitbetaald aan zijne weduwe Pieternella Graan)
den lijkbidder Philips Noppe //affgedanckt"W. R. 5 Ja
nuari 1703, rekening 1702; Hendrik Hüyssen als burge
meester en raad, Michiel Verpoorten, J. W. Pareer,
Ph. J. van Borssele van der Hooge, als schepenen, Cor-
nelis Versluys als raad, Abraham Goverts 172 4« 6
als majoor, welke betrekking hij sedert 31 Maart 1694 be
kleed had; ook de obligatiën ten laste der Leenbank werden
hun teruggegevenrekening 1703; Johan Costenobel als
burgemeester en raad, Simon Merssen als raad, 1704; Johan
Ockers van Schoonewal (Aant. 16) als raad; Johan Godyn
als burgemeester en raadPieter Duvelaer als burgemeester
1708.
De rekening van 1703 bevat een hoofdstuk //Onkostenge-
supporteert in het waken der borgerie ter oorsake van de tumulte
en oproer van eenige geweldigers jegens de regeringe aenge-
recht op 26 January 1704"1, tot een bedrag van 369 5 3.
Daaruit blijkt, dat aan den stadhouder David Baron ten be
hoeve van den provoost Joannes Adriaens 25 werd betaald
als premie voor het leveren van Nicola as van Coert in handen
der justitie, volgens eene publicatie van 26 Januari 1704.
De overige uitgaven betreffen: waakloon, levering van wijn,
bier, brandewijn, kaarsen, belooning van tamboers. Indezelfde
rekening wordt in het hoofdstuk //extraordinaire uitgaven" nog
17 B verantwoord voor het koken van 17 hammen ten be
hoeve van de burger-kapiteins in September 1702.
Yolgens de stadsrekening van 1704, werd op het hof de
Y i e r schouwen van de weduwe Steven Schorervoor reke
ning der stad, eenig smids-, metsel-, steenhouwers- en schilder
werk verricht, zonder opgaaf evenwel of dit met genoemd
oproer in verband stond.
De thesaurier Abraham Duvelaer was van 7 Pebruari tot
7 Maart 1708 op reis naar Dordrecht, wegens harde vorsten
menigvuldige sneeuw, 1707.
/Van PieternElla Brakke werd 111 2 3 betaald