193
Formulieren van zaken ter secretarie.
Te oordeelen naar hetgeen de stad bekwam, kan men gerust
aannemen, dat er andere redenen zullen geweest zijn voor de
gift van 100, dan wel het verlangen naar het bezit der
schrifturen.
Blz. 110 (11). De opgaaf der kosten in De provincie Zee
land door de Kanter en Dresselhuis, blz. 91, is om de
in den tekst vermelde reden niet betrouwbaar. Zie aanteeke-
ningen betreffende de klokkenspelen te Middelburgin Archief
¥111 le stuk.
Blz. 149 (12) Het mandement poenaal werd verleend den
23 Juni 1780 ter instantie van Johannes Tetsch Gerhardus
Bentinck en Adrianüs Hoevenaar te Utrecht en anderen,
en komt voor in het Register civil Ho. 14 f°. 1. Zie de
notulen van W. 11. van 19 Augustus 1780 f°. 214 verso.
Blz. 157 (13). De cellebroers hadden huisjes van de stad,
waarin de grafdelvers woondendie een schelling van de
twee, die zij ontvingen voor het brengen der doodbaren, aan
hen afstonden. De stad beschikte over de huisjes, waarop de
doodgravers weigerden den schelling te betalen. Dit gaf aan
leiding tot het verleenen der toelage uit stadskas.
Blz. 161 (14). Hij had het door hem aangenomen werk te
Middelburg in gereedheid laten brengen, ten einde er de bur
gerij aan te doen verdienen. Daardoor had hij evenwel veel
duurder gewerkt en vroeg daarom een douceur of vrijdom.
Het werk betrof het bouwen van een fort. Zie Zei. 'Lllustr.
II 50.
Blz. 164 (15) De uitgaven in de rekening van 1766 ston
den in verband met den voorgenomen aanleg van een spui tot
verbetering der Middelburgsche haven.
Archief VIII<= dl., 5a" st. 14
