Bij de uitgave van het vierde stuk van De Stadsrekeningen
in het zevende deel van het Archiefdeelde ik mijn besluit
mede om het onderzoek der rekeningen niet verder voort te
zetten, in de veronderstelling, dat de groote moeite, daaraan
verbonden, niet zou worden beloond.
Voornamelijk in overleg met den toenmaligen gemeentearchi
varis, den heer M. H. van Visvliet, heb ik evenwel het
onderzoek opnieuw aangevangen en voortgezet tot het jaar
1810, toen de oude wijze van inrichting der rekeningen is
geëindigd en plaats heeft gemaakt, onder het Eransche bestuur,
voor een zeer beknopten vorm.
Een arbeid, voor ruim twintig jaar aangevangen, is alzoo
ten einde gebracht. Ik meen, dat ze niet onvruchtbaar is
geweest en aan velen, die belang stellen in de geschiedenis,
vooral van Middelburg, vele belangrijke inlichtingen zal kun
nen verschaffen.
Daarvoor is het echter noodig, dat evenals op de eerste
vier stukken, een index het opzoeken van wat men wenscht
te weten vergemakkelijkt. Hiervoor vraag ik dus nog eenige
ruimte.
De letters, e, fg, h, j vóór de cijfers in den index duiden
de stukken 5, 6, 7, 8 en 9 aan, terwijl de letter i doelt
op de Kerkelijke rekeningen in het 8C stuk.