81
selven tyde commissie gevend aan Sir Henry Wilkie, lord
conservator, om sodanigen contract met eenige andere stadt
te negotiëeren als convenabelst kon geoordeelt worden, waarop
wederom de keus op "Vere viel, en wierdt andermaal een nieuw
contract met de regeringe en gedeputeerdens wegens den prince
van Orangiënals marquis derselvergeslooten voor den termijn
van 21 jaren, in VHage den 12 April 1675 by welgemelde
lieeren commissarissen en den conservator in naam der koop-
steeden geteykent.
Men hoopte, dat de stapel weder sijn oude plooy soude
gekreegen hebben, als wederom tot sijn onde en gewoone
plaats gebragt sijnde; maar gelijk ten tyde van het contract
met Dor dregt vele Sckotsche koopluyden hnn neergeset had
den te Rotterdam en elders, scheen het, dat de negotie niet
tekens te krygen was hier ter plaats, daar deselve soolang
gefloreerd had; waarby kwam, dat Sir James Kennedy, die
Roomsgesindt was, tot conservator wiert aangestelt, wiens
persoon nog aangenaam aan de stad Vere, nog eenig interest
aan de Sckotsche koopluyden toebragt, en die de zaaken nog
verergerde met Yerse deputies of representativen van sijn per
soon ter stapelplaatse te commiteeren. In den jare 1689 ap-
pointeerde coning William Sir Andries Kennedy van Clobum
tot resident van kooggedachte Syne Majesteyt van Groot-Brit-
tannië wegens het coningrijk van Schotlandt in de seventien
Nederlandsche provintiën, tot conservateur van de privilegiën
van de Schotsche natie aldaar, wanneer naauwlijks het wesen
der Schotsche corporatie ter stapelplaats overbleef; de Schotse
koopluy, geen oorlogschip (ot geleyder van hunne scheepen
alhier konnende bekomen, die de stadt volgens contract in
tijt van oorlog besorgen moest, gingenvertrocken en kwamen
de meeste scheepen na en van Rotterdamdaar haar regulierlijk
een convoyer beschikt wiert.
Dus waren de saaken der Schotsche court gestelt tot in den
jare in de negentigh, als wanneer die negotie weer ten besten
veranderde; den oorlog, in de naburige landen gevoert wor-