11 delburg met hun schepen en goederen aankwamen, aldaar om hun godsdienst werden gevangen genomen, tot groot nadeel voor den handel. In datzelfde jaar werden er 27 of 28 tegelijk, mannen, vrouwen en kinderendie te Arnemniden "geland waren gegrepen en gevangen gezet. Misschien werden ze wel vermoord, daar een jaar te voren ook twee Israëlieten, Makes en Louis Eernandez, om hun geloof werden verbrand aan het einde van de tegenwoordige Oude haven. De ongelukkigen werden met een schuit naar het galgenveld vervoerd. Een monnik, die daarvoor een paar stoopen wijn ontving, was aangewezen om, ja, dit raadt ge nooit, om ze de biecht af te nemen. Zoo bleef de verdorven geestelijkheid de arme ver volgden ergeren tot het oogenblik van den dood. En dat alles om een zieltje te redden van 't vagevuur. Jt Zou belachelijk zijnals }t niet zoo diepdiep treurig was. In de eerste jaren van den tachtigjarigen oorlog waren vooral in het toen zoo welvarende Antwerpen vele Portugeesche Joden gevestigd, die er zelfs een Rederijkerskamer tot beoefening der Hebreeuwsche en Spaanscke talen haden opgericht. Onder dezen noemt men den rijken nieuw-Christen Don Jozef Miquez, die later naar Turkije trok, en zoozeer in gunst stond bij den sultan, dat deze hem benoemde tot stadhouder van de twaalf eilanden in de Jonische zee. Daardoor is hij in de Joodsche letterkunde bekend als Nassi of vorst. Tusschen 1580 en 1590 trachtten vele uitgewekeneD zich te Middelburg te vestigen, maar de toenmalige predikanten, die voor de godsdienstvrijheid van anderen al evenmin iets gevoel den als de R. C geestelijkheid, verkregen, dat de Israëlieten ge weerd werden. In het begin van de 17de eeuw, dus ten tijde van de tweede helft van den tachtigjarigen oorlog, trof men te Middelburg behalve eenige Hoogduitsche Joden, die er waarschijnlijk reeds vrij lang gevestigd waren, enkele Portugeezen aan. In 1641 kregen ze eindelijk vergunning tot het houden van godsdienstoefeningen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1903 | | pagina 33