127 opgang naar de kamer van den Raade en Leenhove van Vlaan deren" met uitziekt op liet plein der Abdij Het zuider- deel van het Gouvernementshuis kan derhalve in vroeger tijd nog niet tot woning van den gouverneurnoch tot grafelijk logement gediend hebbenmaar later, toen die poort ver dwenen en de kamer van het Leenhof opgebouwd wasgaf de achtste toren ook tot dit deel toegang. D. De zuidzijde (na 1 5 6 8). Het geheel der tot hiertoe beschreven gebouwen bevat het nieuwer deel der Abdij, bij de uitbreiding in het jaar 1255 en 1256 gesticht, waaromtrent, door haren bouwvorm, de binnenzijde van de Nederpoort nog getuigt. Men nadert nu tot het deeldat door restanten van tufsteenbouw zijn ouderen oorsprong verraadt. Aan de overzijde van bovengenoemd straatje had men eerst de groote keuken der Abdij, op de Lijst van 1581 voorko mende. Dan volgde het gebouw, waarin in lateren tijd de gobe lins aangebracht werden, en dat drie crypten van kleineren omvang bezat. Tot welk einde het voor 1574 diende, wordt op geene der beide Lijsten aangegeven. Misschien heeft het, toen de bisschop de oude kapittelzaal tot zijne kapel ingericht had 3), moeten dienen tot kapittelzaal, waardoor het na de seculariseering bet meest geschikt was voor Statenkamer, met appartementen voor de //besoinge" 3). Reeds voor 1574, kort na de beeldbreking, vergaderden de staten in de Abdij, //daer mijnheer de bisschop was als d'eerste let" (lees lid) Er staat niet bijof dit in hetzelfde gebouw geschiedde. Oost van dit gebouw, aan de overzijde van den doorgang Eedend. Eist. XIX, bl. 170 en 171. 3) Zei. Illustr. I, bl. 270. 3) Zei. Illustr. I, bl. 238. 4) Dr. J. van Vloten, bl. 81.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1904 | | pagina 149