154 Aan de noordzijde van den Seisweg, zuid van Brigdamme moet het Seisambacht gelegen hebben, in zijn geheel ter grootte van 187 gem. 108 roeden x). Dit stemt overeen met den, door den heer Verheije van Citters ontworpenTitel van het rechtsgebied van Middelburg waarop Noordmonster en Seisambacht (ledig schild) vereenigd aangegeven zijn, terwijl Poppenroeden of Overdamme-ambackt afzonderlijk genoemd wordt 1). Kr is dus, volgens genoemden heer, eene nadere verwantschap tusschen Noordmonster en }t Seisambacht, dan tusschen het eerstgenoemde en Overdamme. Een bewijs, dat ook hij het Seisambacht het dichtst bij Noord monster gezocht heeft. Hiertegen zou kunnen worden ingebracht, dat dan het huis met erf, van Hendrik Crabel, ambachtsheer van het Seisambacht groot omtrent één gemet, niet gelegen zoude hebben in dat ambacht, maar in Overdamme, doch daarop dient het volgende tot bescheid. De stad koopt den lcn Augustus 153& van H. Crabel de grootste helft van het Seisambacht 94 ge meten (en 54 roeden) 3). Daarop, den 4en October 15-33, een vierde deel van Antheunis Elorisz Crabel 3) en, den 6en Maart 15-34/5het laatste kwart van Gelein Elorisz Crabel 4), met vermelding op 6 Maart, dat het geheele ambacht 188 ge meten 108 roeden groot was. flier wordt dus een gemet bij- gerekend, ofschoon in de Grafelijke rekeningen tusschen 1530 en 1540 de familie voor 187 gemeten 108 roeden aangetee- kend blijft staan. Na den dood van de weduwe van H. Crabel A° 1541 wordt het huis en erf, dat blijkt niet met het am bacht te zijn medegegaan, door de stad gekocht, tot aanleg van een nieuw schuttershof van den handboog 5). Als nu Jacob Symonsz., op wiens naam de laatste helft gesteld was, Zei. Illustr. I, 1)1. 654 en 649. 3) O. Arch. M. no 1497. 3) O. Arch. M. no 1534. 4) O. Arch. M. no 1543. 6) Kesteloo III, bi. 93 (349).

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1904 | | pagina 176