f
176
Een plaetze, daer een steenen pilaer plag te staen
ende nn weg is, regt noort van de huyzinge, daer den
Saeijenden landman uythangt ende by de Noortheule.
Met deze Aenwysinge op de eaerten33 is de opgaaf der
limieten, in het accoord van het jaar 1545/6, als men daarbij
den Overlooper raadpleegt, duidelijk geworden.
Dit accoord was de grondslag van de pretentie van Mid
delburg, in deze Aenmjsinge echter nog verder uitgebreid.
Nu blijft nog over het terrein tusschen den ouden
en nieuwen singel, van den Seisdam tot aan den Jansdam,
te beschrijven, m. a. w., wat door Middelburg, ten behoeve
van zijne uitbreiding, feitelijk in beslag genomen is.
Daartoe geef ik hier een staat der blokken A, B, N, M, O
en P, die tegen den buitensingel aanlagen, en hierachter op
Kaart n" 1 te hervinden zijn. Deze toont hunne verschillende
grootte vdór en na de uitbreiding der stad in 't laatst der
zestiende eeuw, in gemeten en roeden Blooische maat:
overlooper.
Ao 1565
Ao 1578
Ao 1595
Ao 1620
Ver
meerderd.
Ver
minderd.
a an'l eekkni KG
Blok A
25.137
59.138
57.265
48.253
10.185
De Overlooper i
B
18. 46
18. 96
18.201
18.201
0.105
1565 is minder hu
N
20 34
20. 34
19.253
16. 59
3.275
daarom Ao 157S
M
43. 13
41.233
39. 15
3.298
vergelijken ui
0
P
lu de stad
vei'dw. blokken
22,268
23. 17
22.258
22.143
21.152
21. 19
3.105
21. 19
19.153
1.124
1620, gelijk liier
gedaan, en dan ril.
geconstateerd c;
vermindering vu:
Totaal bedrag
0.105
- 39.135
39 Gem. 30 ltn
De opgaaf van het jaar 1565: 25.137 in Blok A is of
eene verschrijving, of de 59.138 zijn ontstaan uit een toen
reeds in de stad verdwenen blok, waarvan de rest bij A ge
voegd is, evenals wij B met 0.105 vermeerderd zien. Dit
kan geschied zijn ten behoeve van eenen plattenvorm of
