8
Boenen wal aan de Westzyde en aan de Noordzyde tsGraven-
steen en aan de Oostzyde de voorzeide straat".
Uit eene akte dd. 7 Mei 1336 2) wordt gestaafd, dat in
dien tijd de bodem van 's-Gravensteen te vinden was aan den
Noordkant van de rooilijn der straat de Lange Burg, die
ecliter toen nog niet als zoodanig bestond.
Hieruit volgt, in verband met de akte van Gheyle Hoze-
monds weduwe, dat Cranenburg aan de Zuidzijde van die lijn
moet gestaan hebben, omdat volgens de verdeeling der paro
chiën van 1591 de Lange Burg naar de zijde van Gouwenburg
behoorde tot de Abdij en naar de zijde van //het Brune cruce"
tot Westmonster.
Tusschen 's-Gravensteen en Cranenburg lag het erf, in de
akte vermeld. West daaraan was de Boenen wal 3), misschien
aldus genoemd naar den bewoner of eigenaar van de aangren
zende huizing //Cranenburg". Aan dezen Boenenwal herinnert
ook nu nog de straat //de War1, indien men maar niet den
naam met de zaak verwart.
Deze wal moet dichter bij de Markt en de Lange Delft ge
legen hebben. Dit is op te maken uit hetgeen wij omtrent
de Stroopoort mededeeldenen uit hetgeen wij in een volgend
hoofdstuk zeggen zullen omtrent //de houla".
De huizen aan de Zuidzijde van de straat //de
Wal" stonden op erven, uitkomende van achter
aan de binnen- of centrumzij de van den burgwal 4).
IV. De Burgvest.
De in het eerste Hoofdstuk vermelde grensscheiding tusschen
J) Arch. Z. G. IV bi. 23, verbeterd iu 't Arch O. I. Fr. A. I 322, R-
101, 102.
3) Idem Reg. 276.
3) Boene of Bone is een mansnaam. Hij komt ook voor ouder de hoeren
van Souburg en in den naam Bouendijke, een polderblok in Oud-Vlissingen
later eene heerlijkheid.
4) Wal waterkantoeverzoomboord (cener rivier) of de hooge en brecde
ophooging ter verdediging (der stad). Zie J. H. van Dalen, Woordenboek der
Nederl. taal.