32
den dat het z. g. eiland buiten de Zuiddampoort behoorde tot
de Noordmonster- of tot de Kloosterparochie. Tijdens den beel
denstorm stond er dan ook maar de vermaarde schuur op, in
1566/7 verhuurd aan Antonie de "Yilliers. En die schuur
was geus. Tot welke parochie dit eilandje behoord heeftzal
slechts bij gevolgtrekking kunnen vastgesteld worden.
Volgens het bestek van de binnenhaven moest het kanaal,
nu Rouaansche kade, met eene bocht tusschen de beide torens
door, verlengd worden tot aan //de Geersstrate". Men heeft
zeker bij den ongenoemden toren de richting willen volgen
van het oude kanaal (de Arne), en zoo is de Rouaansche
kade niets anders dan de genormaliseerde Arne. Aan de Punt
achter de Rotterdamsche kade schreed ze nog iets door, eene
kleine bocht vormende gelijk de kronkelingen bij de Galg en
bij Arnestein.
Waar de middeldijk (een provisioneele dam) weggevoerd
moest worden den dag, nadat de oude haven aldaar gestopt
werd, daar wordt van dien hulpdijk gesproken als liggende
(d. i. bereikbaar) buiten de Zuiddampoort De sluis van
den Veerschen watergang ten noorden van de oude haven
moest na de sluiting dier haven voor rekening van Walcheren
in den mond der nieuwe haven worden verlegd 3).
Van dit punt tot aan de Lemmer bij Arnemuiden is de
Arne bekend en aangewezen door de studie der heeren A. Wal
raven en E. P. Polderdijk, waarom ik verder verwijs naar
de kaart, in hunne bijdrage te vinden 3).
Twee zaken wil ik omtrent de Arne nog mededeelen
1. De kromme loop der Arne van de kloosterpoortvoorbij
den Duivelstoren tot bij de Punt, die vooral door de parochie
grens vaststaat, zal wel de oorzaak geweest zijn, dat men bij
of na het graven van de Lange Delft, tijdens de eerste be
wailing, bedacht geweest is, om eene verkorting ter gelegener
O. Arch. M. no 1574 A» 1585.
-) O. Arch. M. u') 1597 Ao 1535/6.
3) Arch. Z. G. VII achter hl. 346.