141 Goszelmus 1188 (Y. d. Bergh, Oorlc. n° 166 en 219) [lees 221]. Plorentius, gekozen in 1190 Annales Praem. II, 190). Gillibertus? (Yan den Bergh, n° 219). Arnoldus 1208, 1209 (Ibid. 219, 221). Petrus van Middelburg 1213, 1214 (Ibid. 237, 244 en Römer bl. 198). (Joannes) Aegidius van Leeuwen 1225 (Römer) werd in 1230 overgeplaatst naar de Abdij van Yicogne [Ann. Praem. II, 190) [zie Mr. Fruin in 't Museum, 1897 bl. 153]. Theobaldus 1231, 1236, 1237 (V. d. Bergh 329, 359). Petrus van Biggenkerke, 1233 AnnalesDit zal moeten zijn 1213. Zie biervoor. B12411244 Inventvan het Zeeuwsch Archief [lees 1242 in pl. v. 1241Arch. O. L. Vr. A. Reg 20]. Theobald 1247 [Inv. en Römer). Dit moet zijn 1237. Nicolaus 1246 tot 1263. Zie V. d. Bergh, OorJc. per soonsregister Middelburg Yiglius Doedius 1266 AnnalesRömer). Nicolaus 12711301 [Inventaris). Hiermede meen ik het belangrijkste, op topographisch gebied, //infra vallum" te hebben besproken, en ga ik over tot het: X. Extra Valium. Het //infra vallum" van voor het jaar 1254, dat toen geheel tot Westmonsterparoehie behoorde, werd, voor het grootste deel, door de Noordmonsterparochie omsloten. Toch had Westmonster als parochie en als ambacht de grootste uit gestrektheid. Daarom begin ik met het Westmonsterambaclit 1). Yooraf iets over: Dat ik van parochie op ambacht overga, komt, doordat de lijst, die wij te ontcijferen hebbenover de ambachten handelt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1904 | | pagina 163