126
tie, even en in dier voegen als Haer Ed: Achtb sijn geobli-
geert te doen voor Haer Edeygene borgers.
6. Ten eynde dat het volck van de Schotse natie niet
gefrnstreert sonde wesen van het woort Godts ende de exercitie
van de Gereformeerde religie in haer eygen taelde magistraet
van der Vere sal by desen verpligt wesen binnen een jaer na
donderteykeninge van dit contract te versorgen, dat de oude
afgebrande kerck wederom werde herbouwt, ofte wel binnen
twee maenden de Schotse natie accomoderen met soodanigen
bequamen plaets, daer deselve haren godtsdienst sullen konnen
excerceren, ende deselve te versien met alle nootsaeckelijck-
heden, vereyst tot pligtigen ordre en regte administratie van
den godtsdienst en de exercitie van dien volgens de leere
dienst en decipline, erkent, gepractiseert en wettiglijck geësta-
bileert in het koninckrijck van Schotlandt; oock mede een
bequaem kerckhoff om de doode van die natie ende gene an
dere sonder voorgaende consent van den Conservateur ofte
sijn depute in te begravenalsmede sodanigen plaets in
de kerck, als by den Conservateur ofte sijn depute sal werden
goetgedacht; de voorschreven kerck off plaas en kerckhoff
behoorlijck geprepareert gehouden te werden tot stadts costen
ende exempt te sijn van eenigh grontrecht, dat soude mogen
werden gepretendeert voor begraven van binnen ofte van buyten
de kercke; en vryheyt te hebben om haer dooden te begraven
teeniger tijt op den dagh ofte by nagte naer hun welgevallen,
sonder eenige boete daer van te betalen. Ende dewijl die
van de Schotse natie sedert het afbranden van hare kerck het
huys, den Schotsen armen aenhoorende, staende in de Wijn-
gaertstraet, hebben geëmployeert tot het plegen van den godts
dienst, ende dat de magistraet schuldigh heeft geweest haer te
voorsien van een kerck, soo is by desen geconveniëertdat
over huyr vant voorschreven huys en reparatieaen hetselve
Vgl. 1675 art. 6. Het nieuwe artikel is aangevuld met bepalingen omtrent
het herstel der afgebrande kerk.