13 eerste preek. Gedurende de beide eerste jaren van zijne be diening was hij in hooge achting om zijne groote bekwaam heid, zoowel in zijne gemeente als bij zijne broeders in de H. Bediening. Langen tijd is hijzelfs nog kort voor zijn ontzet worden uit zijn ambt, in classikale bediening geweest. De rust in de gemeente heeft evenwel niet heel lang geduurd. Reeds in het derde jaar werden beschuldigingen tegen hem ingebrachtdeze hadden evenwel geen gevolgen. Het onder zoek liep ten zijnen gunste af, en op zijn verzoek zijn de acten, daarop betrekking hebbende, vernietigd geworden. Maar het jaar 1709 bracht groote opschudding en bekommernis in ver schillende gemeenten van Zuid-Beveland en in andere streken van ons vaderland. Yan toen af was de zegen in de ge meente verdwenen en begon de langdurige kerkelijke proce dure, door Buitendjjck zelf zeer gerekt, omdat hij weigerde zich te onderwerpen aan zijne rechters en hij zijnen kerkeraad gebruikte om protesten aan te teekenen. De kerkeraad schijnt geheel instrument van zijn voorzitter te zijn geweest. B uiten- dijck wenschte door zijn kerkeraad gericht te worden om maar van onder de classis Goes uit te komen. De eerste beschul diging werd tegen hem ingebracht door Ds. de Loots den 8st"u Januari 1709 //over de ontkenning der zonde". Dit deed aanstonds denken aan Pontiaan van Hattem. De consistorie van Goes leverde eeue. instructie in bij de classis, gehouden in Mei 1709 te Schore, verzoekende: dat er op dit ergelijk geval zou worden geattendeerd. De instructie werd vernieuwd op de vergaderingen te Borsele en later te Heinkenszandten gevolge hebbende, dat 2 October 1709 de classis aan de or- dinaris gedeputeerden gelastte overal naar de leeringen van Buytendijck nauwkeurig te vernemen. De kerkeraad van Schore, opgezet door zijn leeraar, leverde in November eene instructie in bij de classis, vragendedat de kerkeraad kennis mocht ontvangen van de bezwaren tegen hunnen leeraar, om met de ambachtsheerenals zijne competente rechters, naar kerkelijke orde met hem te handelen. De kerkeraad verbood

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1905 | | pagina 49