47
den, tot de voorschreven stapel behoorich, sonder eenige be-
lettingh, hindernisse ofte molestatie; sullende de voorschreven
huysen voor niet bewoont ende gerepareert moeten werden tot
laste van de stadt.
8. Ende ten eynde de goederen ende coopmanschappen
opgeleijt ende wel geconserveert mogen werdenmitsgaders
oock alle cooplieden, factoors, schippers, zeelieden, collecteu
ren ende andere voorgeroerde onderofficieren ende liedentot
de voorschreven stapel behoorich, mede goede accommodatie
genietensullen wij daartoe bequame woonhuysen ende earners
packhuysen, kelders, solders ende flieringen tot een redelijcken
prijs besorgen; en ingevalle eenige burger off inwoonder een
onredelijcken prijs quame te eyschen, sullen wij dezelve mo
dereren.
91). Wijders hebben wij aen die van de Schotsche stapel
belooft ende toegeseijt een schoon groot huys ofte meer, soo
het noodich zoude mogen sijn 2), wel geaccommodeert tot een
conchergerie, iu welck huys alle persoonen, den Schotschen
stapel frequenterende ende van deselve natie sijnde, haer sullen
mogen vervoegen om te eten, drincken en huysvestinge te
genieten; sullende egeen lith van de voorschreven stapel vrijstaen
noch geoorlooft sijn de soodanige van dranck off huysvestinge
te versorgen sonder toelatinge van den Heere Conservator, maer
sal echter de borgers ende andere inwoonders van deze stadt
gepermitteert wesen de voorschreven personen, den stapel fre
quenterende, in hare huysen te nemen, mitsgaders van cost,
dranck ende andere nootsaeckelijckkeden te versorgen :3).
104). Wij belooven oock ten behoeve van die van den
voornoemden Schotsen stapel te dispiciëren een veylige ende
ruyme haven voor derselver schepen, versien van kaijen en
cranen tot ladinge ende ontladinge van derselver coopmanschap-
x) Vgl. 1612 artt. 11 en 12.
3) De woorden: „ofte meer, soo het noodich soude moge zijn," ontbreken
in het ontwerp.
3) Het Ontwerp heeft „versieni) Vgl. 1612 artt. 4 en 5.