11-2 te leggen. Soms was 'tliem onmogelijk om op te treden. Dan werd er //preekgelezeif1 nit Cohrie of uit Smytegelt door ouderling Wijnand, en luisterde Budding als een versla- gene toe. l) In dien tweestrijd werd hem afscheiding meer en meer begeerlijk, zelfs noodzakelijk. Binnen enkele maanden volgde de beslissing. Budding koos openlijk de zijde van Scholtu en de zijnen. Eens preekte hij in geen zes weken. Maar ongedacht kwam hierin ver andering. Op zekeren middag kreeg meester Pleyte bericht, dat hij om vier uren zou luidenwant dat de dominee 's avonds zou preeken. Natuurlijk een buitenkansje voor de lieve schooljeugd. Want een uur vroeger dan gewoonlijk kregen de kinderen vrijmet de boodschap voor hunne oudersdat het 's avonds vijl' uren kerk was. Dan zou de dominee preeken. „Ge zult het om vier uren wel hooren", had de meester gezegd, „ook op Krommenhocke, wantik zal luiden dat het gansche dorp beeft". Bij meester Pleyte ging ook school Jan Wijnand een zoon vau onzen welbekenden Bckerkschen onderling. Onze Jan haastte zich met die blijde tijding naar Krommenhocke. „Wat nujongenbeu je de school uitgejaagd"vroeg vaderverwonderd over Jan's vroege tehuiskomst. „Wel neenvader"was het autwoord„ik kom zeggendat van avond om vijf uren de dominee preekt." „De dominee preeken? hoe kom je er bij, jongen." „Ja vaderge zult het wel hooren om vier uren. De meester zal luidendat het dorp er van beven zal en we het hier op Krommenhoeke kunnen hooren." „Wel, wel, Jane" Wijnands vrouw heette Adriana van Sparrentak zei vader tot zijne vrouw, „wat is die meester toch vijandig." Jan's zeggen kwam uit; want toeu Wijnand tegen vier uur naar buiten ging om te luisterenhoorde hij zoowaar het klokgelui. Het was muziek in zijne ooren. De dominee zou dan toch waarlijk preeken. Kort daarop zagen ze de menschen al gaan. Het stroomde volktoen de boer van Krommenhoeke met vrouw en kroost op het dorp kwam. Het kerkje was stampvol. Bij die gelegenheid preekte de dominee uit Daniël, en wel over de bekende geschiedenis van de jongelingen in den brandenden oven. De dominee preekte zóó over de goden vau Babel en het gouden beelddat onze Jan Wijnand nu, na zeventig jaren, de preek nog niet geheel en al vergeten is. En hiermede was het ijs gebroken. Voortaan preekte de dominee weêr ge regeld. Mededecling van Jan Wijnand.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1906 | | pagina 148