155 jaar 18-39. Inmiddels werd eene deputatie afgezonden naar de Provinciale vergadering van Zuid-Holland om advies in deze hoogst gewichtige aangelegenheid. Deze vergadering oordeelde eene Provinciale vergadering in Zeeland hoogst noodzakelijk. Daar kon de aanhangige kwestie nogmaals //bedaard en ernstig"1 -) worden onderzocht mede met behulp van //een of meer leeraars'" deswege naar keuze der gezamenlijke gemeenten uit te noodigen. -) En zoo is dan ook geschied. 3) houden Provinciale vergadering had hij nog uitdrukkelijk gezegd dat hij de kinderen wilde doopenen ook in zijn huis hen wilde ontvangen, die hunne kinderen willen laten doopen. 4". Buddtng had den beroepingsbrief alleen stuk gescheurdomdat de ge meente in het vervolg ontslagen zou zijn om het traktement te hetalendaar het voor hem hoogst bezwarend zou zijn het te ontvangen. 5". Indien de gemeenten de bijeenroep!ng cener algemeene synode ter be slechting van liet geschil wensehelijk achten Ds. van Vjolzen had in dien geest geschreven welnuBudding zal er zich niet aan onttrekken. Verzoeken doet hij er echter niet om. 6'. In zake het „vrijheid" vragen, meende Budding, dat de gemeenten over het geheele vaderland hadden moeten geraadpleegd worden in zulk eene hoogst gewichtige zaak. Nu beschouwt hij dit vrijheid vragen meer als ecue eigenmach tige en eigendunkelijke handelwijze van Schot/te. Ze bestond uit J. de Luvstkk en A. Steketee, schipper te Baarland. De vergadering werd te Dordrecht gehouden onder presidium Van Scholte op 29 en 30 Augustus 1839. Zie brief van J. van de Luystf.ii aan J. Minder hout van 31 Augustus 1839. 2) Zie schrijven van J. van de Luyster aan J. Minderhout iu dato 31 Augustus 1839 waarin eeue copie van den brief van de Provinciale vergade ring te Dordrecht (onderteekend door II. P. Scholte presidenten G. II. Overkamp secretaris) aan „de gemeenten van J. C. in Zeeland". 3) Vooraf werd eene classicale vergadering belegd om het advies der Provin ciale vergadering vau Zuid-Holland te bespreken. Te Goes vergaderde de classis op 17 September 1839. Van de volgende gemeenten ia Zuid-Beveland waren afgevaardigden aanwezigBorssele (al'gev. J. van de Luyster) Heinkenszand (afgev. J. Puike) Nieuwdorp (al'gev. W. de Jager) Wolpliaartsdijk (afgev. J. de Jonge) Goes (al'gev. P. Geense) Kapello (afgev. C. van Zweden Baar land (afgev. S. de Mol), Kruiuiugen (al'gev. H. Nieuwknhuize). Van lvrab- beudijke was geen algevaardigde tegenwoordig. Op deze vergadering, die ge presideerd werd door P. Geense werd het besproken advies van Zuid-Holland aangenomen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1906 | | pagina 191