155
De toeneming van cle bezittingen en de meestal niet zware
lasten stelden de leproosmeesters in staat zoowel aan de stad
als aan andere liefdadige gestichten af en toe geldelijken steun
te verleenen. Zoo werd aan de stad in 1596 400 geleend;
in 1604 100 tegen 8 pet.: in 1608 150 tegen den pen
ning 16j in 1610 133:6: 8 en in 1623 125 tegen
gelijke rente.
Op order van het stadsbestuur werd aan Laurens den zil
versmid 200 verstrekt om prijzen te maken voor de loterij
ten behoeve van de armen, waarvoor door de Staten van Zee
land den 7 April 1595 octrooi was verleend. Zie L R. 1595
en M1' G. A. Fokker. Geschiedenis der Loterijen bl 204
noot 122
Den 7 October 1564 verleende het stadsbestuur order om aan
de vaders der gevangenen honderd gulden te leenen. Volgens
de rekening van 1568, 9 werd hun een gelijk bedrag geleend.
Den 17 December 1583 verleende het stadsbestuur machti
ging de beschikbare penningen ter hand te stellen aan de
gasthuisraeestersdie zich zeer bezwaard gevoelden, //alzoo in
dezen jammerlicken ende benauden tijt duer het verloop van
den volcke uyt Vlaenderen ende Brabant, ahvaer het gansche
lant vernielt ende gedestrueert wort duer orlochsvolckvele
//arme schamele verloopen menschen herwaerts kwainen'V In
de L. R. van 1582/3 komt eene som van 50 voor, krach
tens genoemde machtiging ter leen verstrekt. De leproos-
meesters hadden destijds //cleynen last'1, zegt liet stadsbestuur.
Den 7 Mei 1611 besloot liet stadsbestuur, dat aan de
//opsienders van 't getimmer ofte nieuwe werek in de Celle-
broers, gemaeckt tot beter logement en accommodatie van de
simpele en lichtsinnige personen", een subsidie van 700 zou
worden verstrekt uit de middelen van het gasthuis, de ge-
meene armen, de leprozen eu de gevangenen, om daarmede
eene gelijke som, die op interest genomen was, af te lossen.
Dientengevolge vindt men in de rekening van 1611 zoowel
als in die van 1612 eene som van 75 in uitgaaf gebracht.
