16 watering uitgevaardigdden 17(len Mei 1-140 voor de Oostwa tering, den 23sten van die maand voor de Westwatering. Toch was ook toen reeds een centraal bestuurscollege aanwezig, in 1458 aangeduid als de lieeren, //dien tlant van Walcheren be volen is", in 1500 als de Gedeputeerden van het land van Walcheren. In dit college had het stadsbestuur van Middel burg een groot aandeel met den abt en den rentmeester. Zij zijn het, die in belangrijke zaken beraadslagen en beslissen. Wie er nog meer stem in hadden, is niet duidelijk. Vlissingen en Yere worden niet genoemd, evenmin Arnemuiden, West- kapelle en Domburg. Alleen de heer van Yere wordt gehoord in zaken van belang. Maar overigens is er weinig zekerheid. Eerst in de 16(lc eeuwals het polderarchief weer begint komt er meer licht. Tn de oudst bewaarde notulen van 12 September 1511 is sprake van financiëele zaken. In aan merking genomen, dat de waterklerken hun tekort nog niet hebben aangezuiverd, wordt besloten, hen niet eerder te de- chargeeren, voordat zij gelieele rekening en verantwoording hebben afgelegd. In naam van de Gedeputeerden van den lande van Walcheren wordt dit besluit onderteekend door den proost van O. L. V. klooster, Meester Jacop Betten zoon, voor den prelaat; Andries Andries, rentmeester van Bewesten- Scheld, voor den heer van Beveren en voor den admiraal; Meester Jacob Houtman, Pakschert Stukms, dijkgraven van de Oostwatering voor de vrouwe van Yere; Jan Ja cops en Jan Jansen Vacht, burgemeesters, met Jan Bertels zoon voor de stad Middelburg. Ook later altijd weer dezelfde on derteekenaars, namelijk één representant, soms ook twee, voor den prelaat, twee of drie vaste representanten voor de edelen en vertegenwoordigers van de stad Middelburg. Precies de zelfde toestand als bij het gewestelijk bestuur. Met dit ver schil echter, dat de abt steeds den voorrang heeft, ook als Philips van Bourgondië, de bisschop vau Utrecht, als heer van West-Souburg een der representanten van de edelen, in 1517 (14 April) zelf aanwezig is en de notulen mede onder-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1907 | | pagina 46