•32 de witte geschepte randen boven en beneden zijn, waarschijn lijk bij het inbinden, afgesneden. Twee bladen, met latere aanteekeningen geheel volgeschreven, konden niet kleiner ge maakt worden en zijn daarom aan den onderkant omgevouwen. Dit wat het uiterlijk betreft. Over de rekeningen zelf behoef ik weinig meer te zeggen. De indeeling der verschillende posten is zeer logisch; alleen ware het m. i. raadzamer geweest om in de ontvangposten het klerkenloon in de laatste plaats te vermelden. Dan zou het achterstallige bedrag van de levering dadelijk gevolgd zijn op het reeds ontvangcne, en het so of aldus bij de ver melding van het eerste meer zin gehad hebben. Over nauw keurigheid in de optelling valt evenwel niet te roemen. Zooals veelal bij middeleeuwsche rekeningenkrioelt het ook hier van cijferfouten. Waar een onjuistheid mij in het oog viel, heb ik óf het juiste bedrag vermeld óf door een vraagteeken er de aan dacht op gevestigd. Natuurlijk zijn niet alle posten nageteld. De landmaten zijn aangegeven in gemeten, kwarten en roeden 1IZ0() gemet); de geldbedragen in ponden, schellingen en grooten i). De laatsten zijn weer onderverdeeld in engel- schen 1ji groot), tuerloers groot) en miten groot). Over engelschen en miten zie men Verwijs en Verdam Middelned. Woordenboek i. v. Tuerloer schijnt een vrij zeld zame munt te zijn; ook in deze rekeningen komt zij slechts enkele malen voor. En daarom en omdat de rendant het met dergelijke kleine bedragen blijkbaar niet zoo nauw nam, was het tamelijk lastig de waardeverhouding vast te stellen. Toch schijnt mij de opgegeven waarde als de juiste te mogen worden aangenomen 2). Voor verdere bijzonderheden betreffende deze rekeningen kan de hiervoor afgedrukte lezing als toelichting dienen. Eeu enkele maal worden nobel en croon genoemd. Vrijwel in overeenstemming met Kesteloo Stadsrekeningen van itiMelbnnj 1365—1449 blz. 78.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1907 | | pagina 62