o
De mogelijkheid is dus niet buitengesloten, dat zij kunnen
aanvullen, misschien zelfs wijzigen, wat ik heb neergeschreven.
Op vele punten evenwel zullen ook zij geen nieuw licht
kunnen verschaffen. Tn elk geval scllenen mij de resultaten
van mijn onderzoek belangrijk genoeg, om er Uwe aandacht
eenige oogen blikken voor in beslag te nemen
Yan de oudste geschiedenis van den polder Walcheren is
zoo goed als niets bekend. Over het ontstaan en de oudste
wijzen van droogleggen en drooghouden zijn vele geleerde
vertoogen geschrevendie ik noch durl' bevestigennóch
tegenspreken. Later hooren wij van enkele bemoeiingen der
landsheeren met het polderbeheerworden de namen van eenige
watering- en dijkgraven genoemd, de elkaar opvolgende abten
van het klooster te Middelburg als dijkgraaf van de Vijf
Ambachten vermeld, vindt men in sommige charters de grootte
van het dijkgeschot en de wijze van heffen geregeldmaar
tot het begin van de 16dc eeuw bepalen zich onze bronnen
tot vrij vage aanduidingen zonder samenhang.
Eu zelfs dan, in den tijd van Ka hel V, bestaat op het
gebied van de Walchersche polderzaken nog groote duister
heid. Eerst na heb uitvaardigen van de Groote Ordonnantie
door Philips II, te Brussel den vierden October 1559, waar
door de geheele bestuursorganisatie gewijzigd werd, komt er
meer licht.
Doch van den gang van zaken b v. in de 15de eeuw, om
van oudere tijden niet te sprekenkan men uit geen enkel
gedrukt werk een behoorlijk inzicht verkrijgen. Van de oude
geschiedschrijvers hebben niet weinigen de gewoonte om, in
dien zij van eenige zaak niet het rechte afweten, te veronder
stellen, dat deze altijd zoo geweest is als op het oogenblik
dat zij hun tijdgenooten en nog meer hun nakomelingen ver
plichtten door het samenstellen hunner kroniek Zoo leest
men bij enkelen hunner, dat van ouds de polder Walcheren
bestaan heeft uit vier wateringen: de Oost-, West-, Zuid- en
Noord watering, waarvan de laatste meestal als de Yijf Am-