77
dernière extrémitd. On peut bieu rnieux eerire frau<?ois, mais
ou ne veut pas, pour ui être pas obligez (ayaut étez découvert
par vous même) d'agïr ex officio.
Dit briefje, koe raadselachtig ook, sprak nochtaus boek-
deelen voor Worsley. Wie was de schrijver? Door wien was
liet hem toegezondenEn met welk doel? Was het om hem
te intimideeren Of was het wellicht een wenk van hooger-
hand, van een magistraatspersoon b.v. om hem in tijds te
waarschuwen voor naderend gevaar Zoo stelde hij het zich in
zijne verslagenheid en angst nog maar het liefst voor. Dit
denkbeeld kon hij onmogelijk door minder nare gedachten
verdringenen ten slotte nam hij het aan als vast en
zeker. Yan dit oogenblik af was zijn besluit genomen. Hij
moest Middelburg uit en zou de wijk nemen naar zijn va
derland.
Hij stelde onmiddellijk de zuster zijner vrouw met een en
ander in kennis, begaf zich nog dien eigen middag naar het
naburige Ylissingen en stak met de aldaar juist gereed liggende
paketboot voor Dover naar Engeland over 1).
Het betreden van den Engelscken bodem bracht Worsley
wel eenige verlichting, maar volstrekt geene kalmte. Immers,
de vraag rees: //Wat nu?" Zoodra hij in Londen, het eind
doel zijner reis, was gearriveerd, kwam hij eenigermate tot
bezinning over den gedanen stap, welke de ontstane klove
tusschen hem en zijn kerkeraad slechts kon vergrooten. In
zijne angst en gejaagdheid achtte hij het maar het best, pour
acquit de conscience zijn zonderling gedrag en zijne vreemdsoor
tige houding tegenover kerkeraad en gemeente zooveel mogelijk
Woksley's vrouw was eukele weken te voren „tot het reguleeren van
huiselyke zaken'"' naar Engeland vertrokken.
Nog dien eigen Donderdagavond kreeg de zuster van Woksley's vrouw,
die in de pastorie te Middelburg alleen met de dienstbode was achtergebleven,
bericht uit "Vlissingen van Worsley, haren zwager, dat hij met de „Dispatch
Packetboat" tusschen Dover en Ylissingen vertrokken was. Deze meende niet
beter te kunnen doeu dan van Worsley's vertrek „iminediaat" kennis te geven
aan den kerkeraad. Zie notulen Eugelsche kerk akienboek 1'7221761).