50
gemaakt tusscken feest- en andere dagen, zoodat hier, in tegen
stelling met den Utrechtscken kalender niet als feestdagen
zijn aangemerkt: 1 Januari, 6 Januari, lé Januari, 25 Ja
nuari, 2 Februari, 22 Februari, 2é Februari en 25 Maart.
Voor de volgende maanden zijn de feestdagen met grootere letter
geschreven, hetgeen in den druk door vette letter is aange
duid- Niet als feestdagen zijn aangegeven25 April, 25 Juni,
17 September en 2 November, die. in het bisdom Utrecht
wel als zoodanig voorkomen. Omgekeerd zijn hier feestdagen,
die in den Utrechtscken kalender als gewone dagen verschijnen
23 April 3)., 6 Mei, 15 Juli 3), 26 Juli, 7 November, 21
November en December. Bovendien worden zelfs in het
geheel niet genoemd de volgende Utrecktsche feestdagen21
Januari Agnetis v. m.12 Mei Pancratii, 8 Juli Translatio
Barbare v., 22 September Mauritii et soc. m., 10 October
Yictoris et Gereonis m. en 12 November Lebuini cf. Verder
komen in plaats van de in den kalender genoemde heiligen in
het bisdom Utrecht voor op 12 ikpril Zenonis ep. m., op 16
April Septemdecim m. en op 11 October Translatio Augustini 4).
Wat betreft de aanteekening op 10 Maart herinnere men
zich, dat in 1582 in Zeeland de Gregoriaansche stijl was in
gevoerd; wat het begin der lente op 19 Februari beteekent,
is mij niet duidelijk; wel komen, volgens Grotefend, Zeit-
rechnung I S. 90, 2 en 22 Februari als begindagen der lente
in kalendariën voor. De aanteekening op 23 Februari geeft
te kennen, dat in een schrikkeljaar de dag na dien datum
werd ingevoegd. Vergissingen zijn: Blasius bisschop op Fe-
Verg. H. Giioteeend, Zeitreclmung des deulschen Mittelalters and der
Neuzeit II S. 192 lig.
'-) 23 April is ia den Munstersellen kalender een feestdag.
3) 15 Juli is een feestdag in de Luiksche en Munsterscke kalenders.
Evenals in onzen kalander is deze dag aan den heiligen Gtjmmaiujs cf. gewijd
in den Luikschen kalender en in den tweeden Dietschen kalender, welke laatste
afgedrukt is in het Jaarboelc der Koninklijke Vlaamsche Academie 1907; zie al
daar blz. 32.