V A R I A.
BBIEVENDOOR DE ZEEUWSCHE AFGEVAAR
DIGDEN TE DELFT AAN DE STATEN VAN ZEELAND
GEZONDEN NA DEN MOORD,
GEPLEEGD OP PlllNS WILLEM I.
Daar in den laatst.cn tijd de brievendoor de Staten-Generaal
verzonden onmiddellijk na den op prins Willem 1 gepleegden
moord, bij vernieuwing de aandacht getrokken hebben x),
scheen liet niet ondienstig hier de drie brievenwaarin door
de van wege Zeeland naar Delft afgevaardigde Statenleden da
delijk na den aanslag aan hunne committenten verslag van
het gebeurde en van de daardoor noodig geworden maatregelen
wordt gegeven, af te drukken. Het is waar, de eerste is in
facsimile gereproduceerd in het prospectus van het Handboek
der Nederlandse//e palaeograpliemaar dat prospectus is uit
den aard der zaak weinig toegankelijk, en ook al wordt het
stuk later in het Handboek zelf opgenomen, dan nog zullen
alleen diegenen het daar vinden, die weten, dat het er in
voorkomt. Het scheen dus gewenscht het stuk hier niet achter
te houden, ook omdat in het facsimile het gedeeltelijk onlees
bare postscriptum niet is weergegeven.
De tweede brief, gedateerd van 11 Juli, is blijkbaar te
gelijk verzonden met het schrijven van de Staten-Generaal
van den 10llen 2) en diende hoofdzakelijk om de Staten van
Bijdragen voor vaderlandse//,e geschiedenis en oudheidkunde 4U reeks VI
blz. 301.
2) De brief aan de Staten van Zeeland was ongetwijfeld gelijkluidend met
dien aan de stad Gent, gedrukt bij J. C. de Jonge, Verhandelingen en onuit
gegeven stukken II blz. 9S.