150 JüOS VAN SCHEYNGHEN ThEOPHIL DE CaïS NÏCOLAES VAN Bosschuyss P van Tuyll van Serooskercke en Van Wissenkercke. Geen Van Borssele van der Hooghe komt dus onder de onderteekenaars voor En bij de verklaring van prins Maurits, dat bij de leden der adellijke families, die van hun recht om onder de ridderschap van Zeeland beschreven te worden, te zijnen behoeve hadden afstand gedaenbij voor keur zou gebruiken tot die postendie ter vergeving van den eersten edele stonden, behoort eene lijst der families, aan welke de prins die belofte doet. Die lijst {afgedrukt A. w. blz. 9) bevat de manlijke descendenten van Joncli1' Joos van Schengen, Heer Jeronimüs van Serooskercke Heer Bru- NINCK VAN WlJNGAERDEN, Jonch* AnTHONIS VAN CaTS Jor Hubrecht van Wissenkercke, Jo1' Wolphart van Borssele Jor Jacob van Bossuyssen, Jor David Huycuhock van de Werff, Jonch1' Charles Peeters geseyt van Cats, Jo1' Maer- ten en Adolph van de Waerde, Jor Alexander de Soete geseyt Haclthain, Heer Jacob van Berchem Heer Adriaen van Mannemaker, Heer Gasper van Vosbergen, Heer Jan de Moregnault en Joncheer Jan van Hesse. Ook hierop komt dus geen Van Borssele van der Hooghe voor. II. De heer dr. A. J. van der Meülen te Utrecht deelde mij uit het nog niet gepubliceerde gedeelte van de GrdenksclrifLen van Gijsbert Jan van Hardenbroek (LIT blz. 57 een passage mede, waarin prins Willem V zegt, dat de familie Van Borssele boos is, //omdat ik de saak van Van Borssele voor d'Utrechtsche ridderschap niet sterker gepousseert hebbe; want men oordeelde, dat de opgevolgde preuves alleen sufficiënt waren sonder dat men sig behoefde te storen aan de geïnterpoleerde namen by de leenbrieven van St. Paulus". Dit bevestigt l) Deze lezing, die ik (zie blz. 10 noot) niet dorst aannemen, schijnt dan toch de juiste te zijn.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1909 | | pagina 188