cxiv De Man om te doenom voor de Zeeuwen eene ontdekking met wie ik te Middelburg met genoegen heb kennis gemaakt of de twee bevoorrechte Erfgenamen met de Damedie zijn huisgezin deed, de Executeur, de Advocaat en de Scheids rechter behalve de huizennog volle Cornua Oopióe in den grond hebben gevondenis mij onbekend. Het heeft hem wel gehinderd, dat Koning Leopold hem had laten loopen en dat de Medische autoriteiten hem niet wilden plaatsen op de lijst der doctoren. Mijik voeg het als een curiosum hierbij, bracht hij te Middelburg steeds eene visite, omdat hij, zooals hij gewoon was te zeggen, aan mij al zijn voorspoed had te danken, waaronder hij natuurlijk niet verstond mijn persoon maar de Anatomie. Uit M. van den Abeele (18041874): Yoor mij, die veel bij zijn zoonden lateren chirurg aan huis kwamwas die apotheek een leerschool; ik maakte er kennis met den pulvis sympathetica van Kieby, de olie, waarin meikevers waren uitgetrokkengedroogd menschenbloed en meer zulke oude middelenwaarvan ik later aan de academie nooit iets heb gehoord 1 lk bewonderde er het houten snijwerk, de keurig met geknipte papieren bekleede doosjes en door hem zeiven geschilderde etiquettendoch deze zag men ook in meer andere apotheken. Maar niets evenaarde 's mans stoïcijnsche gelaten heid, wanneer ik, als onbesuisde knaap, zulke etiquetten met mijn mouw uitveegde Hij was dan ook een echte wijsgeer, altijd in de boeken verdiept en dat wel in diepzinnige, in Kant of Spinoza of in den Bijbel, altoos zoekende naar waar heid. Op zijn sterfbed bekende hij mij, zijn dokter, dat hij met al dat studeeren niets verder gekomen was. Uit J. O. Erederiks: Nu ik weer verval in het magnetisme, wil ik iets vermeldendat mij met zekere somnambulemej. Kimmel, overkwam. Ik werd bij haar als geneesheer geroepen en in waren ernst en wel wat uit weetgierigheid, stelde ik haar voor om eens te gaan slapen om mij in te lichten. //Och

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1910 | | pagina 124