54 Hij kan niet identisch zijn met den molendie op 10 Januari 1294 door den graaf, als annex met het ambacht en de hofsteden van Wisse van Koudëkeiike, van dezen gekocht is. Vooreerst wordt in het Privilegie van graaf Willem van Henegouwen van den jare 1315, vernieuwd, getransumeerd overgezet en geratificeerd door vrouwe Maria den 8 dag van Meye 1477 slechts van //onser molen" en «moleuer" gesproken en hiermede kennelijk gedoeld op den watermolenvermeld in de Grafelijke rekening van het jaar 1318 2). Maar in de tweede plaats kan op dien heuvel eerstnadat hij zijn oorspron kelijke bestemming verloren had, een molen gebouwd zijn. Deze heuvel is uit zelkasch of zelke gevormd. Op mijn verzoek heeft de eerzame P. A. Lombaard, moezenier, die zijn moestuin tegen de Zeemanserve aan op de helling van den heuvel heeft, mij, voor de Oudheidskamer, een bus met grond verschaft, door hem op een diepte van een meter uit zijn moeshof uitgegraven. Deze grond is geen teelaarde of klei, maar heeft geheel het voorkomen van asch, vuilnis en aarde dooreeugemengd. Ook heb ik mij op den 25 Juli 1908 persoonlijk van de geaardheid van den bodem overtuigd, en toen, tijdens de jongste rioleering van de Korte Zelke, in mijn tegenwoordigheid niet ver van de poort van de Zee manserve een bus met aarde doen vullendie ruim twee meter diep werd opgedolven. Men kou heel duidelijk de derrie afval, met asch en vuilnis gemengd onderscheiden Tot dezen heuvel gaf een korte weg den toegang Deze heet nu nog de Korte Zelke Langs den heuvel heenge deeltelijk nog over zijn zuidelijke helling, was een andere weg ontstaan of gemaakt, die nu nog de Lange Zelke ge noemd wordt. Deze twee wegen, nu stratenbewijzen de juist heid van mijn stelling, dat men ook hier een zelke had, op het terrein dat later stadsgrond geworden is. Costumen van Vlisstngenuitgave 1763 blz. 143. a) Hamaker Iblz. 157 en 214.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1910 | | pagina 192