106 het graafschap van Zeeland begiftigd was, behield hij in 1421 de heerlijkheid Vlissingen aan zich en stelde hij aldaar Boijdewjjn Ja nszoon als baljuw aan Den 11 Juli 14.23, schonk hij deze heerlijkheid aan zijn natuurlijken zoon Willkm 2). Deze verkreeg van hem ook den watermolen te Vlissingen in leen. Na den dood van Willem gaf op den 13 Maart 1426 Philips van Bourgondië als ruwaard en oir van Zeeland, de heerlijkheid op lossing aan Floris van Borssele van St.-Maar tensdijk, rentmeester van Beoosterschclde s) Na de lossing kwam zij wederom in 's graven handen. Intusschen had Bodewijk van Holland de heerlijkheid Vlissingen, hem A° 1415 voor zich en zijne nakomelingen tot een Zeeuwsch leen gegeven, aan Hendrik II van Bors sele van der Vere verkocht en aan hem iu de stad Gent in tegenwoordigheid van leenmannen overgedragen 4) Wanneer die overdracht plaats had, is mij niet bekend; maar in 1438 en 1439 vindt men deze heerlijkheid bij de beden ten name van den heer van der Vere 6). Dit recht schijnt echter gewraakt of ontnomen te zijn. De lieer van Vere deed den 19 December 1440 zijn beklag, dat De TFestpoorl te Vlissingen door C. I'. I. Dommisse, Inleiding, blz. 75. J. W. te "Water noemt hem op blz. 8 Hauwen of BotJDEwrjN van de Waeede. Hij kan niet dezelfde zijn als zijn uaamgenootdie als leenman iu 1474 den graaf moest dienen. Deze is denkelijk degenedie in het Arch, der O. L. Fr. Abdij, Reg. 770 op den 25 Augustus 144(1ais vertegenwoordigd door zijn voogd wordt vermeld. '0 Daarom staat zij in de grafelijke rekeningen van 1417 tot 1423 ten name van „heer Lodewijk de bastert van Holland" en in 1424 en 1425 op „Willem die bastaert van Bei.ieren". In de Grafelijke rekening van 1425 tot 1428 leest men: „Item Boudin en Florens van Borsself.n Heinric Jan Martins sons sone ende her I.od. Bastert ambochten samen boven alle nut- slaghen 45fi gemeten 17 roeden". Merkwaardig, dat Lodewijk gememoreerd en Willem verzwegen wordt. 3) Akte d.d. 13 Maart 1426 en de bekentenis van Floris in Commissiones B. R. Bourgonje 14251427cas N pag. 35. 4) Inv arch. Vlissingen blz. 66 n°. 528V Rijksarch. in Zeeland. Grafelijke rekeningen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1910 | | pagina 244