131 en die tot onderhoud van de havens, de brug, de kaaien en de houten hoofden was ingesteld 1). De heer Winkelman schrijft: '/In de Spaansche tijden be hoorde dit (kerkenhuis) tot het convent der religieuse Carme- lieten aan (lees tot) de St.-Jacobskerk" 2). Zou hier een ver gissing hebben plaats gehad? De St-Jacobskerk stond wel in verband met de Abdijmaar van een verband met de Carme- lieten weet ik niet af. Zoo geen andere bron het gevoelen van den heer Winkelman bevestigt, dan geloof ik aan een verkeerde lezing van het origineel en meendat men in plaats van "convent" moet lezen "comptoir". De vermelding zou dan Leenwijzen naar het in de kerkerekeningen voorkomende St.-Pieterscomptoir aan de zuidzijde van de (St-Jacobs)kerk dat ik in hoofdstuk VI, derde tijdvak, nader behandelen zal. Ofschoon niet als kerkelijk goed beschouwd, kwam het ker kenhuis toch in handen der kerkmeesters, die in 1616 werden geauthoriseerd het pand te verkoopen. Dit is niet gebeurd; want in 1610 werden zij gemachtigd het voor zeven jaren te verhuren. Op den 23 October 1646 eerst is het voor 1305 aan particulieren verkocht 3). Was het eerst een arsenaal ten behoeve van de gewone visscherij - St.-Pietersgilde daarna een brouwerij, in mijn jongelingstijd werd het een kolenpak- huis van den heer F. Wibaut senior. Nu zijn er woningen op dien grond verrezen (wijk H, n'JS 8083, nu 126). Op bladzijde 127 toonde ik aan, hoe bij de uitbreiding der stad in 1443 het oude Schuitvlot werd ingekort. Toen eindigde het aan de vest bij de Blauwpoort, zooals het kaartje van Van Deventeb, van 1550 duidelijk aanwijst. Op de kaartjes, voorstellende de uitbreiding van 1580 tot 1590, is het ver dwenen. Er was een geschikter plaats gevonden. Het oude Schuitvlot werd van Bossenburg af tot de Blauwpoort als Zie hiervoorblz. 126. 2) Winkelman, blz. 86, volgens Brasser, blz. 584. 3) Krijn Sleutel blz. 16Winkelman blz. 86 Westpoortblz. 88.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1910 | | pagina 269