146 tegen die van den landenopens het onderhouden van de Westersche hoofden met sijn vervolgende werken, begin nende) van omtrent den crommen hoofde, strek kende van de zeedijk noordwaarts tot Onser Vrouwe stake tegens de molendijk tot laste van die van de voornoemde steede niet komen zal, nog in repa ratiën van den steede in dien begrepenmaar sal mynen voor noemden heere 'tselve onderhouden ten syne koste ende laste" s). Op grond van dit contract requestreeren die van Vlissingen vóór de verkooping der stad in 1581, bij den Grooten Raad »omme ontlast te zijn van de reparatiën ende onderhoud van (de) zeewerken, strekkende van het westerse hoofd (noord waarts), exclusive, oostwaards op, langs der steede muuren, die sylieden het gemeene landsdyken en werken baptiseeren, tot voorby de Oostpoorte, genaamt de poorte van Altena" 3). Deze gegevens laten zich zeer duidelijk verklaren door de bijschriften op de kaart van 1570. Merkwaardig is op deze kaart, dat die onderhoudsgrensbij het kruisje aan het Kromhoofd alsmede het hoofd "genampt het oude Gasthuyshoot ofte calle van Bree" 4), ongeveer de uiteinden van de beide havendijken van Oud-Vlissingenvoor zoover zij niet in zee vergaan waren, aanwijzen. Het kruisje was dus aan de oude grens der West watering ge plaatst, die later ingekort is tot Onze Lieve Vrouwe steen. Dit bevestigt mijn voorstelling van de landgrens, op de blad zijden 8488 beschreven. Aan de omwalling en de zeewering sluit zich de verdedi ging der stad door krijgsvolk gevoegelijk aan. Daartoe had de regeering reeds in 1378 over de schut- Het Leugenaarshoofd. a) Costumen van Vlissingen Inventn°. 20, blz. 119, art. 5. 3) Costumen van VlissingenInvent., n°. 20, blz. 171 art. 15 4) Calle beteekent schoorbalk. Bree beteekent hier 3t Breewater.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1910 | | pagina 284