208
de dorpstraat tusschen het voetpad (nu kerkhoflaan) en den
vrijdomweg van Oud-Vlissingen in handen van de weezen
CniilSTOEFEL Rutgaauts de Smit en andere perceelen in die van
Pieter Jansen Vleeschhouwer, Cornelis Wouters en Jan
pleterse VeRSCIIUEKE 1).
Was sedert het graven van de haven van Nieuw-Vlissingen
vóór of in 't jaar 1808 het oorspronkelijk visschersdorp in
een boerenparoehie herschapen, na de incorporatie van 1574,
toen het dorp een voorstad werd, vervielen de boerenhofsteedjes
en huisjes langzamerhand en veranderden bij den opbloei van
Vlissingen in speeltuinen voor de heerendie Vlissingen kwamen
bevolkenevenals er langs het Gapad of Koopmansvoetpad te
voorschijn kwamen. De laatste overgebleven speeltuin lag te
genover den Vrijdompaal en was eigendom van mijn groot
vader Corneus de Rutter en later van mijn oom Jan
Cornelis de lluïTER. Als kind heb ik er nog gespeeld en
menigmaal in den koepel gezeten.
Heden is van Oud-Vlissingen niets meer te zien dan de
vrijdompaal en een steennu in den zijgevel van een huis
achter 't Grand Hotel gemetseld, bevattende het wapen van
Willem V en volgens de overlevering gekomen van een hof
stede in Oud-Vlissingen. Waarschijnlijk is hij gekomen van
//de oude hofstede van den heer van Vlissingen" 2), groot 1
gemet 280 roeden, gelegen in het Cornelis-Jacob-Schrijnsblok
het 14e perceel, begrensd west door het duin of den dijknoord
en oost door den weg. Als men tusschen het Grand Hotel en
In 1608, 1609 en 1610 was een Pieter Dircxssen schepen, overleden 1610.
Ilij was 1602 raad en woonde in de Nieuwstraat II n°. 254.
Jan P. Verschuere werd raad der stad A° 1576, schepen 1577 1579,
1580, 1581 1585, 1586 1590, 1591, 1594, burgemeester 15871588 1589
1592, 1593.
2) Deze steen behoort te worden bewaakt en bewaard. Mocht hij eens losge
maakt. worden van het herbergje achter 't Grand Hoteldan behoort hij voor
zeker als een van de merkwaardigste bijzonderheden hij „de oudheidkundige
verzameling" in den oudheidstoren te huis.