214 Na mededeeling, dat deze geschied waren, werd door den officiaal wederom een priester aangewezen voor de inbezit stelling, die vervolgens plaats greep. Ook leest men wel, dat de graaf de begiftiging door den collator bevestigde. Reg. 150. Tegenover het presentatierecht van den collator stond het reservatierecht van den Paus. Paus Innocentius geeft den 7den November 1247 aan den abt en het klooster van Mid delburg het privilegie, dat zij niet door pauselijke brieven gedwongen kunnen worden iemand tot een ter hunner bege ving staand kerkelijk beneficium toe te latentenzij die brieven dit uitdrukkelijk vermelden. Reg. 24. De kerk van Oud-Ylissingen was een dochterkerk van die van Westsouburg, waarvan de abt van Middelburg het col- latierecht bezat. Diensvolgens maakte de abt ook aanspraak op de collatie van de kerk van Oud-Ylissingen en van die van Nieuw-Vlissingen, die weder een dochterkerk van de Oud- Ylissingsche was. Maar ook de graven van Zeeland maaktenals stichters van de kerk op hun eigen goederen, aanspraak op het col- latierecht. Dit gaf aanleiding tot de volgende geschillen In 1348 tusschen Johannes Achier, door hertog Willem van Beieren als collator voor de cure van Nieuw-Ylissingen voorgedragen, en den abt van Middelburg, reeds in 1332 als collator van Nieuw-Vlissingen opgetreden. De abt berust in de benoeming onder voorbehoud van zijn rechten. Reg. 356, 358, 360, 361 en 362. In 1381 tusschen den abt van Middelburg en hertog Al- brecht van Beieren, ruwaard, waarbij de door den hertog voorgedragen Hugo Cogghe van zijn aanspraak afstand doet en de rechten van den abt erkent. Reg. 591. Rustig ging het bestuur der beide parochiën nu voort totdat in 1479 wederom een geschil over het collatierecht opdoemde en de rust verstoorde. Reeds vóór dat jaar was de heerlijkheid van Ylissingen over-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1910 | | pagina 352