lxi steden kon doen. Dit vooral in latere jaren geprezen werk bracht bij zijn verschijnen echter ontstemming bij velen te weegomdat er met nadruk de stelling in werd verdedigd dat de cholera alleen door de besmetting wordt overgeplant hetgeen vele medici toen ontkenden. Thans schijnt de cholera- bacil de zaak tot helderheid te hebben gebracht en is de meening der schrijvers van het Zeeuwsche boek bevestigd. De Man gaf zich aan allerlei maatschappelijk werk op medisch gebied. Zoo liet hij zich veel gelegen liggen aan de oprich ting van eene ziekenverpleging voor behoeftigen en was hij in 1852 benoemd in eene commissie tot regeling der armen praktijk ten platten lande. Ook deed hij een voorstel tot het tot stand brengen van eene badinrichting Een huis (Seisdam Q 81) zou er voor worden aangekocht, doch ten slotte verviel de zaak door te geringe deelneming. Tn 1855 behandelde hij te Middelburg eene epidemie van variolae en gaf er eene beschrijving van in het Ncderlandsch Weekblad voor Geneeskundigen. Zonder lijkschouwing geene wetenschapen vandaar dat de bovenvermelde Arnemuidsche epidemie der wetenschap niet van veel nut geweest is, evenmin als de latere beschrijving van eene diphtherie-epidemie te Bruinisse in 1863 en 1864, waar van de geneesheer S de Graag het slachtoffer is geweest. Beide hebben bewezen, dat die epidemieën//eingeschleppt" zijn en dat men niet mag ophouden haar te bestrijden met zindelijk heid desinfectie, isolement en geld. De huidige theorie van melk en drinkwater was toen in Zeeland nog maar weinig in zwang. x) //Het onderzoek is met zooveel nauwkeurigheid en scherp zinnigheid verricht, dat het ons herhaaldelijk voorkwam, als lazen wij niet een geneeskundig verslag, maar een fijn be werkte rechtskundige instructie" (De Bordes], //Tot de werken van meer duurzame waarde moet naar onze meening ook het geschiedverhaal, dat voor ons ligt, met erkentelijkheid worden ontvangen" (Van Hasselt).

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1910 | | pagina 71