59
vond daarin een zelden voorkomende gelegenheidom die
waarnemingen met gelijktijdige te controleeren.
Het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, dat zich in
1838 verdienstelijk maakte door Roggeveen's Reisverhaal we
reldkundig te maken, waarbij de toenmalige voorzitter Mr. S.
de Wind een levensbericht van dien ontdekkingsreiziger schreef,
heeft op aansporing van Prof. Mr. R. Eruin beslotenom het
toen aangevangen werk voort te zetten door Boüman's jour
naal het licht te doen zien en de aandacht wederom te ves
tigen op een reisdie tot nu toe slechts een onderwerp van
studie voor Duitschers en Engelschen is geweest.
Ten slotte zij hier dank gebracht aan den heer Hudig, die
zijn afschrift daarvoor beschikbaar stelde en aan Dr. van Bem-
melen voor de door hem vervaardigde kaart, door den oud-
Luit. t/z. C. Craandijk, late hydrografisch teekenaar aan het
Dep. van Marinevoor deze uitgave geschikt gemaakt.
LITERATUUR.
Tot de ambtelijke stukken behoort in de eerste plaats het
dossier d.d. 30 Nov. 1722, door G. G. Zwaardecroon naar de
Kamer Zeeland der O. I. C. gezonden en eerst in 1836 in
het archief der W. I. Compagnie te Middelburg teruggevonden
(thans in het Algemeen Rijksarchief te 's-Gravenhage aan
wezig); dit strekte tot de uitgave in 1838 van het '/Dagver
haal der ontdekkingsreis van Mr. Jacob Roggeveen met de
schepen //den Arend«Thienhoven" en de «Afrikaausche
Galei" in de jaren 1721 en 1722, met toestemming van Zijne
Excellentie den Minister van K oloniënuitgegeven door het
Zeeuwseh Genootschap der Wetenschappen te Middelburg bij
de gebroeders Abrahams." Het dagboek van kapitein Roelof
Roosendaal overl. Batavia 27 Nov. 1722 van //de Afri-
kaansche Galey" is vermoedelijk met dit schip verloren gegaan.
Ook de kapitein van »de Arent" Jan Koster en de opper
stuurman van dat vlaggeschip Jacob van Groeneveld hebben
een journaal bijgehouden. Geen der oorspronkelijke dagregis-