167
wesen. Stelde onse coers Z.W t.W. tot dat men 't zuydelijkste
van Meersorgh noorden van ons hadden, en van daar W.Z.W.
tot 4 uuren toe, en vandaar weder W.N.W. Zijnde zeer
laagh gelijk alle de voorgaande, op eenige plaatsen sonder
gewasdaar de [zee] overheen liephebbende met sonsonder-
gang 't westelijkste van den Avontstont Z.W.t.Z. 2 mylen van
ons, stilletjens, dikke lugt en regen. Waren seer bekommert,
of we van den nagt nogh meer vuyligheden soude ontdecken.
Snagts labbercoelte, helder maan- en sterligt.
30 Mei.
Goers. Verheit. Gegiste Z. B. Lengte. Verbeterde Z. B. Miswijzing. Winden.
Noordoostering
W.t.N. 11. 15° 22' 215° 26' 15° 27' N.
Ontdeckten wederom een eylant; gaven het de naam van Goede N.t.W.
Verwagh tinge 1). N.t.O.
N.N.O.
N.O.
Z.
Z.Z.O.
Z.O.
Z.O.t.O.
Saterdagh smorgens of snagts stilletjens min ofte meer
dyninge uyt den N.O., met den dagh een kleyn coeltjen.
Hadden 't westelijkste van den Avontstont Z.O. 3 mylen en
Meersorgh in het N.O. Sagen ook een ander laagh eylant in
't noordwesten ten westen't gene we 't eylant van Goede
Verwaghtinge sullen noemen. Hadden 't smiddags N.W.t.N.
2 h. 3 mylen van ons. Sagen op verscheyde plaatsen rooken
soodat dit rif of eylant en alle de voorgaande sekerlijk bewoont
werden. Hadden veel dolphynen by ons schip; schrobben met
de stilte de vuyligheyt tussen wint en water af. Namiddags
aannemende deyninge uyt den zuydwesten, hebbende met sons-
oudergang 't eylant van Goede Verwagtinge in 't W.N.W.
't suydelijkste en de noordoostboek N.t.W. IJ mijl, streckende
Rangiroa of Rabiroa, het Vliegen-Band van Schouten en Lemaire.