39 wind langs den dijk wandelt, kan men het voortdurend geklikklak hooren, veroorzaakt door het stooten van die steenen tegen de bazalt. Bij ruw weer is natuurlijk het botsen der steenen veel sterker en komen ook de zwaardere steenstukken van de bestorting in beweging, al gaat dan ook het geluid der botsingen verloren in het woeste concert, dat de zee dan te hooren geeft. Maar door die altijd doorgaande beweging der steenen worden de koppen der zeer harde bazalt, die scherp gekant en scherp van breuk zijn, wanneer zij in het werk worden gebracht, na korten tijd rond bijgeslepen en nu kan men de betonspecie zoo sterk maken als maar mogelijk is, de hardheid van bazalt wordt op geen stukken na bereikt. Hoe mooi dus een gesloten bekleeding van beton lijkt, ze is aan den Westkappelschen dijk onbruikbaar. Deze dijk is erfelijk belast met een voorraad beweeglijken steen aan zijn voetdie gebruik van het hardste materiaal tot de bescherming van zijn helling noodzakelijk maakt. Een constructie in natuurlijken steen naar het systeem, als in beton is uitgevoerd en in bijlage V is voorgesteld, zou zeker boven bazaltglooiing de voorkeur verdienen, maar de kosten daarvan zijn zoo enorm, dat daaraan voorloopig nog niet te denken valt, zoodat wij ons vooreerst nog met de wel sterke, maar toch zeer onvolmaakte bazaltglooiing moeten tevreden stellen. Dames en Heerenhiermede ben ik aan het eind van mijn voordracht gekomen. Ik vlei mijdat het U duidelijk geworden zal zijn, dat, al moge de Westkappelsche dijk geen volmaakt kunstwerk wezenhet toch een bijzonder interessant werk is, dat de belangstelling van technici en leeken verdient en de trots maar tevens de voortdurende zorg uitmaakt van het Polderbestuur van Walcheren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1914 | | pagina 103