6 Aerendijck te besoecken in den tijt dat den Coninck hier daer de dijckgraef om in Middelburg bleef één nacht ende •de drie maaltijden." L' it dezen post moet men in verband voorafgaande besluiten, dat voor hotelkosten de aanname achtvoudige waarde van het geld nog te klein is, of dat in die oude tijden zeer matige cischen stelde aan iel en logies. nncer ik nu terugkom op de teekcuing Bijlage II, van van Dkvkntkii dan blijkt daaruit dat omstreeks het der 16e eeuw het duin reeds over ongeveer 2000 M. als dijk bewerkt was, nl. van ongeveer 800 M. bezuiden ïolen, die thans v66r het dorp op den dijk staat, tot een 100 M. benoorden het geloidelicht of den ijzeren toren, allen wel bekend zal zijn. De binnendijk achter het duin in het zuiden in zuidoostelijke richting om en sluit daar den binnenkant der duinen aan, terwijl hij zich in liet n vereenigt met de buitenzeeaering. Hij is ongeveer 230(1 M. een zeer onregelmatig ten snijdt het dorp West- ongevcer op dc plaats, waar nu de dijk het dorp afsluit, en den binnendijk en de buitenzeewering zijn nog huizen staan. Ier zijn op de teekening aangegeven elf hoofden, aan- aan den buitendijkzoogenaamde strandhoofden. grond van hetgeen ik in de rekeningen van Walcheren en heb, stel ik mij de oudste geschiedenis van den West- !chen dijk als volgt voor. Tegen liet einde van de 15e was aan het duin nog geen eigenlijke verdediging aange- alleen dc helmbeplanting werd onderhouden, zooals blijkt reeds genoemde rekening van 1183 en ook uit die van welke beide rekeningen geen andere uitgaven aanwijzen le buitenwerken dan van de zoogenaamde „duynpotinge" straks besproken „ware." liet begin van de 16e eeuw begon men de smalle en on- itige duinrij onder profiel te brengend. w. z. men effende graafde overtollige hoogten af, vulde laagten aan, de buitenhelling onder een flauwer beloop en voorzag die •ne kleibeklecding en rijsbeslag. Door het afgraven der

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1914 | | pagina 64