14 de waarde van dit werk niet groot waszooals ikeerlijk ge zegd, eerst geneigd was te denken; want tot mijn nader onder richt zag ik dat, naar aanleiding van de Muts publicaties, A. A. van Bemmelen, destijds directeur van de diergaarde te Botterdam, aan de Man ter onderzoeking zond verschillende mis geboorten van dieren in die inrichting geboren, en dat Prof. Schlegel hem stuurde een mismaakt hondje, van Ternate af komstig, een geval van cyclopiie. Dit bewijst dat die geschriften destijds onder vakmenschen toch wel degelijk indruk maakten. Al de bovengenoemde natuurwonderen, worden ook nu nog met, groote zorg in het Gasthuis te Middelburg bewaard. In drie breede kasten staan de planken volgeladen -met de groote mooie flesschen, met oude instrumenten, met tal van schedels en tientallen van de meest grillig door ziekte en ongeval ver anderde beenstukken. En ik wil U wel zeggen, geen huisvrouw toont met meer welbehagen haar provisie-kast met de heldere flesschen waarin zij den wintervoorraad tot verduurzaamd leven weckte, dan ik zoo af en toe aan een collega de mooie preparaten-verzameling van de Man. Maar al waren de Palaeontologische en ïeratologische onder zoekingen op zich zelf niet onbelangrijk, de Man's groote ver dienste moeten we op dit terrein toch niet zoeken. Veel meer moeite in de beoordeeling dan het boven besproken werk, hebben me de Anthropologische of juister Craniologische geschriften gekost. En eigenlijk weet ik daar ook nu nog geen raad mee. Allereerst dit: het werk dat de Man op het gebied van sche delmeting heeft gedaan, is ontzaglijk. Hij onderzocht alle schedels welke hij uit Zeeland kon krijgen: uit de begraafplaatsen van Domburg en van het strand, uit oude begraafplaatsen bij Middelburg, uit een weidje op Noord-Beve land, uit Beimerswaal, uit Goes, kortom overal vandaan, te zamen honderden. Alle werden nauwkeurig gemeten en de maten vergeleken met die van toen levende menschen. Indien ik U slechts zeg dat

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1915 | | pagina 62