141
deze laatst genoemde verzameling documenten had slechts een
klein gedeelte waarde voor een overzichtelijke geschiedschrijving.
Door nu de vele gegevens te verzamelen en in verband te
brengen inet de geschiedenis van Middelburg en die der Zuidelijke
Nederlandenis het mogelijk ons eenigermate eene voorstelling
te maken van den levensloop van het Middelburgsche Gasthuis
en van de beteekenis van dit ziekenhuis gedurende vier eeuwen
(1466—1866).
Bij de vermelding der bronnen, moet, wat de geschiedenis
van Middelburg aangaat, met bewondering gewag gemaakt worden
van den twintigjarigen arbeid van den heer H. M. Kesteloo te
Domburg, die de stadsrekeningen van 1365 tot 1810 geheel
bewerkte en aldus voor een ieder toegankelijk maakte t).
De geschiedenis van het Gasthuis laat zich ongedwongen ln
drie groote tijdvakken verdeelenhet eerste loopende van de oudste
mededeelingen tot en met het beleg van Middelburg; het tweede
van 1574 tot het in werking treden van de Commission des
Hospices, en het derde van 1812 tot 1866, als wanneer het
oude ziekenhuis onder sloopers-handen zijn leven laat.
Een dergelijk curriculum vitae is, volgens een mededeeling
van Dr. Daniels te Amsterdam, nog van geen Nederlandsch
ziekenhuis geschreven. Ongetwijfeld echter zijn er in ons land
meerdere ziekenhuizen die een oud archief bezitten. Wanneer
deze archieven eenmaal zijn geordend en bestudeerdzal het mo
gelijk zijn geworden dat er een overzicht geschreven wordt van
den ontwikkelingsgang van het ziekenhuis-wezen in Nederland.
Moge dit hoofdstuk in de beschavings-geschiedenis van ons
Volk eenmaal zijn schrijver vinden, en dan deze bijdrage uit
Zeeland een bruikbare bron blijken te zijn.
1) Verschenen in <le Archieven van het Zeeuwsch Genootschap der Weten
schappen 18811902.