LEGGERBOEK 1681.
247
OUDE COUSÏUYMEN DIE INDE GASTHUYSE
BINNEN DESE VOORN STADT MID
DELDE RGI1 IN VOORLEDEN TYDEN
OOK VOOR DEN JAERE 1604 ENDE
TOT NOCHTOE IN GEBRUYCK ENDE
GEOBSERVEERT SYN GEWEEST.
VAN VERSTERVINGEN ABINTESTATO.
Eerstelyck soo is tot allen tyden gebruyckelyck ende geobser-
veert geweest dat als eenige persoonen inden gastlmysse commen
te sterven alle haere goederen tsy geit, gronden van erven, renten
chynsenroerende ende onroerende goederen die sylieden sullen
achterlaetentot wat plaetse deselve gelegen ofte bevonden soude
mogen worden, versterven ende ter eeuwigen dage blyven sullen
in vryen eygendomme aen desen Gasthuysse.
Item soo wanneer in den Gasthuyse eenige soldaten oftwel
matroosen (die in s'landts dienst syn) commen te stervensoo blyft
aenden voors. Gasthuyse alleenelyck in rechten vryen eygendomme
alles desselfs cleedingen t'ghene ten overlvden inden Gasthuyse
bevonden wert; gelyck tot noch toe, ende over veele jaeren is
geschiet.
COUSTUMEN ENDE REGLEMENTEN DIE BY
DE REGENTEN VAN DESEN GASTHUYSE
ENDE DEN ONTEANGER VAN DEN
SELVEN ÏÏUYSE WERDEN GEPRACTI-
SEERT ENDE GEOBSERVEERT.
Eerstelyck soo syn by de Ed. Achtb. Heeren Burgemeesters,
Schepenen ende Raeden deser stadt Middelburch geeligeert vier
manspersoonen die (yder met desselfs huysvrouwen) werden genoempt
buytten vaders ofte buytten Regenten van den selven huyse, de
welcke ten minstens eens ter weke (wesende des Woonsdachs avonts
van den vylf tot acht uren) gesaementlyck binnen der voorn.
