261
Dengenen die de Lootjes draeght sal gehouden syn te versorgen
dat met een siecke die met het Lootje in het Gasthuys compt
teffens ofte te gelycke in het Gasthuys werde gebracht alle t'gene
kennelyck is dat den siecke toebehoort, ende sal t'selvige aenstonts
aenden binnenvader ofte binnenmoeder moeten bekent maken.
Soo wanneer yemand van de dienstboden bemercken dat eenige
siecken in dootsnoot synsullen sy gehouden syn terstond daervan
kennisse te doen aende sieckenmoederofte binnenvader ofte
binnenmoeder, die aenstonts sullen gehouden syn den siecken-
trooster daer by te ontbiedenende versorgen dat de Christelycke
gebeden ende andere hoeffeninge der Godsaliclieid aende en voor
de selvige siecken werden geafHiceert, vermidts denselven siecken-
trooster volgens syn instructie (hier in t' vervolgens vermeit) daertoe
verobligeert is.
Ende dengenen die van de voors. siecken (segge) soo wanneer
eenige der siecken commen te sterven, sullen de voors. dienst
boden verplicht syn het doode Lichaem naer belmoren te suveren
ende in een kist ten begravinge te versorgen, waervan sylieden
alsdan de eellebroers kennisse moeten doen, die de selve doode
lichaemen ter gedestineerde tydt en plaetse haelen en begraven.
Niemand van de dienstboden en sal vermogen uyttegaen tensy
met speciaal consent vande binnenvader ende binnenmoeder, ende
uytgaende sullen, op hunne gestemden tydt promptelyck ende tot
hunne dienst in het Gasthuys hun moeten laeten vinden, ende
indien yemand by eenige siecken eenich gelt, gout ofte silver,
oock eenige documenten quaeine te bevindensullen sy gehouden
syn alle t'selvige sonder uytstel te beliandigen in handen van de
sieckeinoeder ofte binnenvader ofte binnenmoeder.
Oock sullen de dienstboden gehouden syn, alle Sondach (soo
wanneer hun werck aen siecken is gedaen) hun te begeven tot
den dienst van Godes Heilige woort tsy tot het gehoor derselven
inde camer daer den sieekentrooster den dienst doet ofte ist doen-
lyck inde Gasthuyskercknaer dat de binnenvader en binnen-
