11 bodem gelegen eigendommen, kon er op dien voet niet worden voortgegaan. Werd bet aan ab Halle verschuldigde salaris in het begin misschien nog een tijdlang gekweten uit het saldo, dat de administratie van Seblippens over 1604—1609 had opge leverd, vast staat dat men het voor het minst sedert ongeveer half Juli 1610 van 's lands wege uit den Staat van Oorlog heeft betaald t). Een nieuwe regeling werd getroffen in Eebruari 1611, toen de Raad van State verordende dat voortaan „de predikant van Cadzand zijn tractement zou ontvangen van den ontvanger Seblippens uit de geestelijke goederen van Sint Baafs" aldaar 2) of, gelijk de Raad bet ergens juister uitdrukt, dat hem „zijn betalinge zal geassigneerd worden op de tiende van Cadzand toekomende de abdije van Sint Baafs te Gent, die doch gehouden is den pastoor en schoolmeester daar te onderhouden" Wer kelijk hadden, zooals uit bun rekeningen zelve blijkt, die van Sint Baafs voorheen tot bezoldiging van den pastoor der parochie jaarlijks een vaste som bijgedragen 4). Naderhand, in Mei 1664, werd tussclien den Raad van State en het Sint Baafskapittel bij minnelijke schikking overeengekomen, dat dit laatste voor het onderhoud van de predikanten en kosters te CadzandAarden- biirg, Sluis, Eede en Sint Kruis telken jare een vaste som zou uitkeeren van 2000 gulden 5). Een soortgelijke overeenkomst, eenige maanden later door den Raad van State met het Onze Lieve Vrouwekapittel te Doornik aangegaan, bepaalde dat dit kapittel, zoolang het in de parochie Cadzand het vierde deel van 1) Resol. Raad van State 26 Mei 1611. 2) Als voren 22 Febr. 1611. 3) Als voren 16 Febr. 1611. 4) Blijkens een extract uit de rekening vau den ontvanger van de kapittel goederen in de steden en ambachten van AardeuburgOostburg, Yzendijke, het eiland Cadzand enz. over 1 Oct. 15791 Oct. 1580 (Archief Staten-Generaal LoketkasLoopeude, nummer 364) had de ontvanger „betaald den prochiepape van Cadzand de sointne van 16 pond, 8 schellingen 4 penningen, die mijne Eerwaarde heereu deken en kapittel van Sint Baafs hem jaarlijks toeleggen voor de competentie van hunnentwegedies heeft den voorn, pastoor gecedeerd ten profijte van mijne Eerw. heereu alzulke tienden als hem zouden mogen competeeren in den polder van Tienhonderd gemeten in Cadzand en in het Oudeland". 5) Resol. Raad van State 29 Mei 1664.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1916 | | pagina 57