84
te Leiden. Eerst den 7en Mei 1796 neemt hij, zooals we reeds
hebben vermeld, afscheid als lid der Municipaliteit der stad
Middelburg, omdat hij „binnen weinige dagen" naar Leiden zal
vertrekken. „En heeft de vergadering daarin berust en den
burger Van der Palm gevalediceerd".
Den Hen Juni d. a. v. aanvaardt hij zijn ambt: zijn vertrek
uit deze gemeente valt dus tusschen 7 Mei en 11 Juni 1796.
Misschien is het niet een toevallige coïncidentie, dat het laatste
nr. van „De Vriend des Volks", waarin i/Ange de zaak-psqregbau
behandelt, verschijnt op denzelfden dag, dat Van der Palm
het professoraat aanvaardt. Met hem verdwijnt ook zijn ambt
genoot, de Waalsche predikant J. Teissedre l'Ange, van het
politieke tooneel. Den 15en Maart vermeldt de M. C., dat hij
te Haarlem beroepen is en dit beroep heeft aangenomen.
Beide predikanten, die aan de revolutionnaire beweging te
Middelburg leiding hebben gegeven, vertrekken te zelfder tijd;
de Yrieud des Volks houdt op te bestaan en bij hun heengaan
besluiten zij hun journalistieken arbeid met het publiceeren van
een verweerschrift tegen leugenachtige uitstrooisels en verdacht
making van hun burgereer.
„Van der Palm vertrok", zegt Beets met reine handen,
medenemende wel niet de gunst der tegenpartijmaar toch in
den grond hare achting".
Velen onder zijn vrienden, die vreesden, dat zijn wetenschap
pelijke zin zou worden verstikt door zijn politieke ambitiever
heugden zich over zijn terugkeer naar het stille studeervertrek.
Maar niemand mocht of mag hem den lof onthouden, dat hij
gedurende zijn verblijf te Middelburg blijk heeft gegeven van
een verbazingwekkende werkzaamheidwaardoor het hemofschoon
nieuweling in de staatkunde, met zijn schitterende persoonlijke
en geestelijke kwaliteiten mogelijk werdeen eerste plaats in te
nemen onder de mannendie in de kritieke omwentelingsdagen
het bruisende leven in veilige bedding wisten te leiden.
Middelburg. J. G. NIJK.
1) Leven en Karakter, blz. 53. Een broer van V. d. Palm, Christiaan die
zich een jaar te voren te Middelb. gevestigd had, was hier med. doctor tot 1814
(zie ook Nagtglas).