86 mael te zeggende wijs waer op zommigedoor den uitslag eener zake verhoovaerdigd zich onderwinden om over brave lieden te oordeelen de wijs waerop de triumferende partij van haer overwinning gebruik maekt, bevestigt mij in den afkeer, dien ik sedert eenige dagen tegen dit land heb opgevat. II. 1) (Zie blz. 40,1 Maartensdijk Den 12 Octob. 1787. WelEerwaarde Heer! UE Missives van den 7e en 9e passato wel ontvangen en Gesien hebbendedat UE Eerwaarde met een onschuldig Geweeten zonder aan Eenige misdaad debet te sijnUE gemeente hebt ver- laaten, UE Gemeente beschuldig UE ook niet, nog en hebben ook niet de minste aanleiding tot UE verwijdering gegeeven. UE schrijft, dat de bewegingen welke te westbroek plaats haddenUE voornemen hebben gebillijkwelke bewegingen al daar binnen drie dagen waaren bedaart en voorbij. UE maakt verder zwarigheid, dat wij krijgsvolk zouden krijgen welke wij ook tot ons innigst genoegen met vreugde hebben ge kregen, welke ons verstrekt tot eene sauve gardes op dat van plunderingen en Rooverijen bevrijd zouden zijn, wij weeten niet, of staat ons ten minsten niet voor, dat op de vuursch geplundert is, als alleen door de patriotten en salinen, 2) welke naar soesdijk marscheerdendaar wij thans in het geheel geen zwarigheid meer voor hebben. Hoe Gaarne Eerw. Heer UE weer tot onzent wensch te komen verlangen wij ook UE tot onzent te zien, om dat wij thans geen dominees konnen krijgen, om Een beurt waar te nemen, er sijn verschijde dominees weg, en met de vacante plaatsen is het thans zeer ongemakkelijk, de Eerste Zondag na UE vertrek heeft D° Resler Gepreekt, de 2e Zondag D° dü Pre, zeggende om 1) PalmianaLeiden. 2) Troepen van Salm die Utrecht hij de nadering der Pruisen opgaf. (N.)

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1917 | | pagina 132