37 jongelieden, die later grooten naam zouden maken, zooals Schim- melpenninck, bilderdijk en nleuwland. Maar Bilderdijk, die in zijn studententijd aan zijn jongen vriend eenige verzen wijdde, wier gloed, naar hij vreesde, het papier zou doen ontbrandenzoo ze volkomen uitdrukking gaven aan de warmte van zijn gevoel, zal later, als hij reeds naar de zeventig loopt, bij het zien van Van der Palm's portret het papier doen schroeien onder de hitte van zijn haat en, tot woede geprikkeld door dien „duiv'lenlach op 't huichlend aangezicht" schimpend schelden: Be tijdslaaf zonder eer, steeds draaiend met den wind, Toont dlonbeschaamden muil op deze galgeprint. Beide jongemannen moesten wel uiteengaan, immers de prins gezinde Bilderdijk zou in 1787 de Pruisen geleiden, op wier komst de patriottische Van der Palm de vlucht zou nemen uit Maartensdijk. Als student reeds bracht Van der Palm zijn publiek onder de betoovering van zijn woord en zijn stem. In zijn jeugd later zag hij wel in, dat zijn talent een anderen kant uitging be oefende hij ook de dichtkunst: de genootschappen „Kunst wordt door arbeid verkregen" en „Kunstliefde spaart geen vlijt" be kroonden de vruchten van zijn jonge muze. Vol van de vrijheidsdenkbeelden, lichamelijk en geestelijk rijk toegerust met al de middelenom invloed uit te oefenengevierd spreker reeds in ruimeren kring, stond de twintigjarige aan het begin van zijn herderlijke loopbaan, maar was nog te jong, om in Holland tot predikant te worden beroepen. Toen werd hem 13 December 1784 het predikambt aangeboden te Maartensdijk in Utrecht, waar niet dezelfde leeftijdsvoorwaarde als in Holland werd gesteld. I)en 28en Maart 1785 bevestigd, bewoonde hij eerst de pastorie met zijn zuster Helena, tot hij het volgende jaar in het huwelijk trad met de domineesdochter A lid a BüSSINGH. Al spoedig kwam hij in aanraking met den bekenden Utrecht- schen kring, waarvan Bellamy, de geestdriftige Zelandus, de ziel was. Zijn patriottisch gevoel wordt door dezen omgang niet weinig versterkt; hij getuigt er van op den preekstoel en

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1917 | | pagina 83