59
eerste plaats innam, was de Engelsche x), die in groote hoeveel
heden naar het vasteland werd gebracht en in de Vlaamsche en
Hollandsche zoowel als in de Elorentijnsche draperie werd verwerkt.
Doordat de stapel van de Engelsche wol op het eind der 14e
eeuw eenigen tijd te Middelburg is gevestigd geweest, neemt zij
in de handelsgeschiedenis der Arnest-ad een belangrijke plaats in.
Voor 't oogenblik gaan wij daar echter niet op in, maar komen
straks in ander verband hierop terug. Toen in den loop der
15e eeuw de Engelsche lakenindustrie zich meer en meer ont
wikkelde en steeds- grooter hoeveelheden dezer wol zelve noodig
had, nam de uitvoer daarvan af en kwam de Spaansche, tweede
in qualiteit, meer in gebruik. Wat Middelburg betreft, terwijl
de handel in Spaansche wol in de 15e eeuw van veel belang
was, zijn uit de hier behandelde periode geen gegevens hieromtrent
voorhanden. Van veel minder qualiteit dan deze beide soorten
waren de Schotsche en de inlandsche wol. Ook de Zeeuwsche
zal hierop geen uitzondering hebben gemaakt. Het gebruik daarvan
naast Engelsche, Schotsche 2) en Iersche, vinden wij in de meer
genoemde accijnsordonnantie 3) vermeld; ook de Utrechtsehe
draperie bezigde Zeeuwsche wol 4).
Het tweede belangrijke artikel, dat in het oudere Middelburgsche
handelsverkeer reeds een zeer belangrijke plaats inneemt, was de
wijn. Reeds het privilege van 1217, waarbij aan Middelburg
stadsrecht werd verleend, stelt straf op het verkoopen van ver-
valschten wijn en verwijst daarbij zelfs haar een oudere, dus 12e
eeuwsche, keur 5). Wij zagen reeds, dat de wijnkooplieden met
de lakenhandelaars het voornaamste element van het koopliedengild
uitmaakten. De accijnsordonnantie van 1326 6) kent als soorten
1) Zie Posthumus, t. a. p. p. 74 vlg.
2) Aankomst vau een schip met Schotsche wol te Arnemuidea vinden wij vermeld
in de rentmeestersrekening van 1341, zie H. G. Hamaker, De rekeningen der
grafelijkheid van Zeeland II p. 214.
3) Art. 10, 15.
4) Posthumus, t. a. p. p. SO noot 1.
5) Oorkondenboek I no. 2fil: „non est licitum infra Middelburg viuum, qnod
corrnptum fuerit aqua vel pntrediue, vendere; quodsi aliquis vendere presumpserit,
secundum quod in antiqua kol'a continebatur emeudabit".
6) Art. 5.
