67 gunstig gelegen Middelburg aan die stad een, althans tijdelijk, voordeel i). Want meestal keerden de kooplieden vooral de Schotten, maar ook wel de Hanzeaten en anderen hebben die dwangmiddelen gebruikt weder naar het spoedig murw geworden Brugge terug. Is dus Middelburg's bloei vrnl. te danken aan het feit, dat het met Arnemuiden a. h. w. de voor- of doorvoer haven van Brugge 2) en later van Antwerpen is geweest, daarnaast heeft het toch ook wel, zooals reeds in den aanvang van dit artikel terloops werd opgemerkt, een zekere zelfstandige aantrekkingskracht op de buitenlandsche schippers en kooplieden uitgeoefend; voor den wijnhandel bv. werd het in de 16e eeuw de groote stapelplaats in deze streken, en ook voor andere arti kelen, bv. zout, ontwikkelde het eigen beteekeuis. Evenals, naar wij konden konstateeren, de lijst der waren, die in het begin der 15e eeuw te Middelburg werden verhandeld, reeds een zeer internationaal en universeel karakter had, komen ook de kooplieden en schippers uit alle handelsstreken in het Middelburgsche verkeer voor; Duitsche en Nederlandsche Hanze- kooplieden en -schippers, Eranschen en Spanjaarden, Genueezen en Lombarden, Schotten en vooral Engelsehen treffen wij vóór den Bourgondischen tijd te Middelburg aan. Wat de Hanzeaten betreft doen wij goed onderscheid te maken tusschen „Zeeduitschers" 3) en Keulenaars. Terwijl de laatsten Middelburg zelve bezochten en daar betrekkingen met de Engelschen aanknoopten 4), trokken de kooplieden en schippers der zeesteden, 1) Ook audere oorzaken deden de vreemde kooplieden Brugge mijden. Zoo wordt bv. in 1420 geklaagd dat de vaart daarheen „verlaudt" is, zoodat nu veel kooplieden, die vroeger Vlaanderen plachten te bezoeken, „hem bevremd hebben van den voorseiden laude ende bezoucken Holland ende Zeeland"; zie H. U. B. IV p. 170 noot 1. Men mag aannemen dat ook Middelburg van deze oorzaak van Brugge's achteruitgang zal hebben geprofiteerd. 2) Zie ook HaPKE, t. a. p. p. 42. 3) „Alemaues maritimos" noemt reeds een Spaansch auteur hen in het midden der 16e eeuw zie Hüpke, Deutsche Kaufmann p. 63. 4) De eenige aanwijzing slechts hieromtrent voor onze periode is een post uit de stadsrekening van 1413/14, waar van een samenkomst van kooplieden van Engeland en van Keulen tot onderlinge verzoening voor de wet van Middelburg sprake is.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1918 | | pagina 113