113
de benoodigde specie te komen niet minder dan S^/o gemet door
dijkputten onbruikbaar moest worden gemaakt t). Bovendien
werden in datzelfde jaar 1724 en in de volgende tot 1729 toe
sterke stakethoofden aangebracht, „ingeheid door zware rijsbermen
met ijzeren bouten en houten nagels wel vast in een geklonken
en dan met zware Vilvoordsche en Wichelsche steenen opgevuld",
tot behoudenis zoo mogelijk van het strand en voorland, waar de
Oostduin had gelegen of van dezen nog eenige zandheuveltjes
over waren 2).
Doch wat moeite men zich gaf en hoe aanzienlijke kosten men
zich getroostte, er scheen op het werk geen zegen te willen
rusten. Aanhoudend ging land verloren, en in 1729 verkeerde
de directie van de Watering in „de grootste bekommering des
werelds" dat haar aan dien kant het ongeluk zou treffen „bijaldien
geen andere hulpmiddelen meer konden geëmployeerd worden".
In haar verlegenheid noodigde zij eenige deskundigen uit om de
stranden, meilanden, oevers, duinen en andere werken in oogen-
schouw te komen nemen. Aan deze opdracht werd in het voorjaar
van 1729 gevolg gegeven door G. Alvarez van Terneuzen en
zekeren Grabbendijke van Wemeldinge. In overeenstemming
met Soiiier van Westkapqiel, die al over de twaalf a dertien jaar
de Watering met raad en daad had bijgestaan en van haar toe
stand en werken grondige kennis bezat, verklaarden Alvarez en
Grabbendijke dat het met de Watering aan dien kant desperaat
was gesteld, dat men wel plannen kon opmaken voor considerabele
werken zij wezen er zelf in hun advies eenige aan maar
dat zij niet zien konden hoe men die op den door hen aange
wezen voet voltooien zou, aangezien daar ter plaatse gestadig „een
gevaarlijk lager" wezende de schepen in een ganschen zomer zooveel
materialen niet konden aanvoeren en lossen als voor hun voltooiing
van noode waren, zoodat zij hier en daar slechts ten halve afge
werkt zouden blijven liggen en een halven storm ze ten eenenmale
zou ruïneeren. Ja zij durfden er niet eens een goed succes van
beloven ook al gelukte het ze in één zomerseizoen voltooid te krijgen.
1) Request Watering aan Stnten-Generaal 12 April 1727.
2) Request Watering aau Staten-Geueraal 22 October 1729.
Archief 1918.
